Honderd jaar geleden, op 30 juli 1920, werd de eerste steen gelegd voor de bouw van 64 woningen in de Rode Buurt in Zaandijk. De woningen zijn nu eigendom van Parteon.

De bouw verliep vlot, maar in de jaren daarna ontstond er ruzie tussen woningbouwvereniging Zaandijk en de gemeente Zaandijk. De gemeente ging zelfs tot onteigening over die pas 20 jaar later werd teruggedraaid.

De veelbewogen geschiedenis van een karakteristiek buurtje.

Door Giljam Klijn

In 1917 richtten 13 Zaandijkers Woningbouwvereniging Zaandijk op. ‘Zaandijk’ maakte plannen voor de bouw van 64 woningwetwoningen. Dat werd ook wel eens tijd. Zaandijk was in 1918 de enige Zaanse gemeente zonder woningwetwoningen.

Bij de gemeenteraadsverkiezingen van 1919 kreeg de SDAP een meerderheid in de gemeenteraad. Twee bestuursleden van ‘Zaandijk’ werden wethouder. Dit vergemakkelijkte de steun van de gemeente Zaandijk voor de plannen.

Op 30 juli 1920 ging de bouw van start en de eerste woningen werden in 1921 opgeleverd. De kosten voor de nieuwe woningen waren echter hoger dan begroot. Dat betekende voor de gemeente een verliespost.

Onteigening

Bij de gemeenteraadsverkiezingen van 1923 ging de politieke meerderheid voor de SDAP verloren. Zij bezetten niet langer meer 4 van de 7 raadszetels maar 3. Ook leverde ze geen wethouders meer. De gemeente wilde dat ‘Zaandijk’ de huren verhoogde om verliezen te verminderen. Dat was tegen het zere been van de woningbouwvereniging. Zij staat op de bres voor de huurders en wil dat niet.

In februari 1925 doet B&W aan de gemeenteraad het voorstel de woningen te onteigenen. Er volgen twee jaar van overleg en uitvoerige briefwisselingen tussen gemeente en ‘Zaandijk’. Partijen komen er niet uit en vlak voor de volgende verkiezingen van september 1927 worden op 16 juli 1927 de woningen eigendom van de gemeente.

Rode meerderheid

Na deze gemeenteraadsverkiezingen is er weer een rode meerderheid en worden twee huurders van ‘Zaandijk’ wethouder. De gemeenteraad draait in mei 1928 het besluit tot onteigening weer terug en wil de woningen weer aan de woningbouwvereniging overdoen. GS besluiten het besluit van de gemeenteraad niet goed te keuren. Er wordt door de gemeente bezwaar aangetekend bij de Kroon, maar dat verliest zij. Op 14 augustus 1929 besluit de Kroon dat de woningen gemeentelijk bezit moeten blijven. Een verzoek om de woningbouwvereniging te doen ontbinden, beantwoordde de minister met ”de vereniging zal wel haar eigen dood sterven”.

Dat deed ‘Zaandijk’ niet. In 1930 heeft zij plannen voor een tweede fase van te bouwen woningen. De gemeenteraad, waar links nog steeds een meerderheid heeft is akkoord, maar een minderheid tekent bij GS bezwaar aan. Dit keer kan de vereniging wel bouwen en in 1931 wordt in de Rode Buurt een tweede fase van 21 woningen opgeleverd.

Pas op 1 maart 1949 gaan de 64 woningen weer terug naar ‘Zaandijk’. Uit het huurboek blijkt dat de huren in ruim twintig jaar nauwelijks zijn gestegen.


In de ‘Cultuurhistorische inventarisatie en waardering; Sociale woningbouwwijken 1900-1945’ van Zaanstad (2019) is het volgende te vinden over de Rode Buurt:

“Bouwvereniging Zaandijk gaf opdracht aan architectenbureau Gulden en Geldmaker om ontwerpen te maken. In 1921 volgde ook de vergunning voor het bouwen van 64 huizen en in datzelfde jaar werden de woningen opgeleverd. De hand van architecten Gulden en Geldmaker is goed te herkennen. Zij hadden al eerder woningen voor Vissershop in Zaandam en Troelstraplein e.o. ontworpen in dezelfde soort stijl.

De woningen werden buitengewoon ruim en rijk gedetailleerd ontworpen. Ze waren nauwelijks als arbeiderswoningen te herkennen omdat ze zo rijk waren vormgegeven. Op het uiterlijk van de woningen werd niet bezuinigd. Mansardekappen met rode pannen, dubbelhoge erkers, het metselwerk, de bovenramen, de tuindeuren etc.”

Een deel van de woningen in de buurt werd gebouwd door een andere woningbouwvereniging, ‘Nieuw Leven’. De laatste woningen in de buurt werden in 1931 gebouwd.

In 2018 werd een ‘cultuurhistorische quickscan en advies over de cultuurhistorische betekenis‘ van De Rode Buurt gemaakt door Marinke Steenhuis van SteenhuisMeurs. Daaruit viel af te leiden dat de plannen van Parteon om een deel van de huizen te slopen geen goed idee waren in cultuurhistorisch opzicht,

Goeman Borgesiusstraat
Huurregeling 1925
Luchtfoto 1940

Foto’s: Gemeentearchief Zaanstad, Giljam Klijn, De Orkaan