Een vriend bekende eens: “Die Deutsche Sprache ist wie meine Frau: Ich liebe sie sehr, aber ich verstehe sie nicht”. (Duits is als mijn vrouw; ik houd veel van haar maar ik versta haar niet).

Ik moet er vaak aan denken tijdens mijn trektocht door het grote buurland, waar de uitspraak van de taal ook nog eens verandert naarmate ik naar het zuiden reis. Toen een Beierse campingbaas mij meedeelde dat ik de Brödchen vooraf moest voldoen, verstond ik bridgen en wilde daar liever mijn vakantie niet mee verdoen.

Door Anneke van Dok

Het valt mij tijdens mijn reis op hoe zeer onze eigen taal is geïnfiltreerd met Engelse en Franse woorden. Zo erg zelfs, dat we een Duits woord dat verwant is een oorspronkelijk Nederlandse woord (zoals Buchstaben), niet eens meer herkennen. Een Engelse of Franse uitdrukking heeft het volledig uit onze spraak verdrongen. Wie te Dresden in de lift (Fahrstuhl) naar de knop parterre zoekt vindt na enig doordenken de begane grond door op de (E) van Ebene te drukken.

Uit de losse pols een praatje maken met je Duitse kampeerbuurman houdt voor een Nederlander meer risico’s in dan wordt voorzien. Zo zijn Leider (helaas), die Leiter of der Leiter (ladder resp. leider), Fahren (rijden), belebt (druk), See en Mehr struikelwoorden. En wie beweert dat zijn reis durch Mist werd vertraagd maakt letterlijk een schijtindruk. Dat laatste geldt ook voor de hondenbezitter, die het bordje Leinenzwang niet begrijpt.

Toch blijkt een Duitse toerist veel minder moeite te hebben met onze taal. Zelfs als die met een Zaanse tongval wordt uitgesproken. Zo hoorde ik iemand bij het Uitgeestermeer de werking van een buitenboordmotor uitleggen met ongeveer de volgende zinnen:

“An Touw ziehen, ein Bietje Gas geben: vorsichtig, anders geht alles kaput ja. Das können wir niet haben. Langsam aufziehen, dan komt alles vonselbst gut. Schöne Fahrt.”

De Duitser voer voorbeeldig weg.

Ik wil graag een iets diepzinniger gesprek voeren, maar dan schieten de juiste woorden mij vaak tekort. Naar de Duitse Rundfunk luisteren helpt, maar een opfriscursus kan ik zeker wel gebruiken. Er schijnen her en der al wachtlijsten te zijn.