Met het vertrek van Miss Etam uit het Rozenhof is Zaandam weer een winkel armer, terwijl er behoefte bestaat aan grotere diversiteit. Enerzijds winkelt het publiek graag in ketens als Primark, Zara en H&M, anderzijds wordt nieuw winkelpubliek vooral aangetrokken door speciaalzaken met een exclusiever, of in elk geval verrassender assortiment. Probleem is, dat deze winkeltjes de hoge huren van de panden niet kunnen betalen.

Door Anneke van Dok

In alle gemeenten waar ik bestuurder was, deed dit probleem zich voor: eenzijdigheid in het hoofdwinkelcentrum en onvoldoende diversiteit daar omheen. Tijdens de crisis van begin jaren tachtig, stonden er in het winkelcentrum van Hoorn zoveel winkels leeg, dat er een oplossing moest worden gevonden. Een deel van de leegstaande panden werd beschikbaar gesteld aan startende ondernemers met een bijzonder product. Zo is het grote-maten-atelier Maan begonnen en Dropstyle, die beiden grote bekendheid en zelfs navolging kregen. In zo’n ter beschikking gesteld pand kreeg een jonge ontwerper de kans, uit te groeien tot een couturier die zijn collectie in Parijs mocht tonen.

Het centrum van Zaandam zou ervan opknappen, wanneer dit soort initiatieven meer kans kregen.  

Miss Etam ken ik vanuit de jaren zeventig, toen ik als moderedactrice van De Typhoon aandacht besteedde aan de opkomende jeugdmode, zoals die in Londen in hippe winkeltjes in kleine straatjes werd verkocht. De bekendste was Carnaby Street. Wie toen nog jong was, herinnert zich de volgende namen nog wel: Mary Quant, Bobby Brooks, hotpants en Twiggy.

De Gedempte Gracht en alle straten en pleinen daaromheen hebben, met een ns- station in de nabijheid, kansen genoeg om zich te onderscheiden van de eentonigheid in provinciesteden. Doe mij een blinddoek voor en zet me in een winkelstraat ergens in het land: ik zal u niet kunnen zeggen waar ik me bevind.

Voor vernieuwing, is wel lef, visie en inzicht nodig, maar vooral samenwerking tussen overheid en commercie.