Ik denk dat er weinig mensen zijn die niet in staat zijn om een hommel te herkennen. Het zijn dichtbehaarde forse bijen en ze ogen veel vriendelijker dan die lastige zwartgele wespen.

Maar de ene hommel is de andere niet, en bovendien zijn er bepaalde soorten zweefvliegen die zo sterk op een hommel lijken dat je 3 keer moet kijken. Daarnaast heb je ook nog Koekoekshommels.

De naam Hommel is afgeleid van het hummen wat ze doen, dus hebben we een onomatopee* te pakken.

We duiken erin!

Hommels zijn sociale bijen, dat wil zeggen dat de vrouwelijke individuen gezamenlijk bijdragen aan nestbouw, voedselvoorziening, het opvoeden van de ‘jongen’ en verdediging tegen indringers. Er zijn twee typen vrouwtjes, de werksters en de koningin(en).

De werksters doen eigenlijk alle hierboven genoemde taken. De koninginnen dragen vooral bij aan de voortplanting (ei-leg). Bevruchte eitjes groeien uit tot werksters, onbevruchte tot darren (mannetjes). De Koningin bepaalt zelf het geslacht en de verhouding daarvan, want ze kan de geïnsemineerde zaadvoorraad selectief toelaten tot haar eieren. De darren hun enige taak is de koningin bevruchten, voor de rest dragen ze niets Bij (haha).

Er zijn ook bijen, en dat zijn de meeste in Nederland, die een louter solitair bestaan (waaronder de Koekoekshommels) lijden, maar de hommel dus niet. Er zijn niet zoveel insecten die aan nestbouw doen (zoals vogels en zoogdieren), maar hommels wel. Meestal wordt een verlaten muizennest in de grond benut als onderkomen (Aardhommel b.v.), maar andere soorten maken veelal gebruik van boomholten (Boomhommel). Deze wordt dan ingericht tot nestruimte, waarover later meer.

Parende Boomhommel, Koningin boven David Sluis

Hommels behoren dus tot de bijen en daar zijn ca 360 soorten van in Nederland. Alle (sociale) bijen kunnen steken met een angel, en zullen dat ook doen bij gevaar of benauwende situaties. Sociaal staat bewust tussen haakjes omdat sociale bijen dit eerder doen dan solitaire bijen. De reden is dat solitaire bijen er helemaal alleen staan voor de bouw, ei-leg en bevoorrading van het nageslacht. Indien ze steken, zullen ze na enige tijd overlijden, en kunnen ze niet verder voortplanten. Sociale bijen daarentegen, functioneren als een grote familie. Een indringer steken, ‘kost’ slechts één individu/bij. De voortplanting en de broedzorg komt nimmer in gevaar. Alleen de vrouwtjes hebben overigens een angel. Het is een door de evolutie omgevormde legboor voor de eieren, die mannetjes natuurlijk niet hadden.

Door de vaak dichte beharing kunnen hommels in koudere omstandigheden vliegen dan ‘kale’ bijen. Je kunt de vrouwtjes van de mannetjes onderscheiden (maar dit geld niet voor Koekoekshommels) aan het feit dat ze stuimeelkorfjes hebben aan de achterpoten. Hiermee verzamelen ze stuifmeel, die dient als eiwitbron voor de larven in het nest. Dus zie je een hommel op een bloem met stuifmeel op zijn achterpoten, dan weet je één ding zeker, het is een vrouwtje van een sociale hommel. Overigens zijn er ook andere plekken waar sommige bijen stuifmeel verzamelen, maar daar komen we vast nog een keer op.

De Koekoekshommels hebben dus geen stuifmeelkorfjes, maar waarom eigenlijk niet? Koekoekshommels zijn broed parasitair (net als de vogel Koekoek). Ze lijken vaak sterk op hun gastheer en dringen een bestaand hommelnest binnen. Daar legt ze vervolgens haar eieren die eerder uitkomen dan de gastheereieren. De larf vreet het gastheer ei op (yummy) en begint daarna aan de klaargezette voedselvoorraad. Als je de anderen het werk laat doen, heb je helemaal geen stuifmeelkorfjes nodig!

Smeerwortel (David Sluis)

Natuurlijk moeten alle hommels ook zelf eten. Hommels zijn strikt vegetarisch (dit itt tot bv Wespen, die hun larven voeren met dierlijke eiwitten). De larven worden gevoed met stuifmeel en wat nectar. Elke larf heeft een eigen kamer (broedcel).

De volwassen hommels hebben zelf vooral nectar nodig. Die nectar zit natuurlijk in bloemen (niet alle bloemen bezitten nectar). Sommige hommels hebben lange tongen (Tuinhommel) en sommige korte (Aardhommel). Dit maakt dus dat niet alle hommels bij dezelfde nectarvoorraad kunnen. Maar de Aardhommel heeft een ‘short cut’ gevonden. Met zijn kaken breekt hij in, daar waar de nectar is te vinden. Hij knaagt als het ware een ingang in de bloem. Met name bij de zeer algemene Smeerwortel is dit regelmatig waar te nemen.

Hommels kennen behalve broed parasieten zoals koekoekshommels ook andere lastpakken. De Roestbruine kromlijf (een Blaaskopvlieg, zie foto) steekt de hommel en legt razendsnel een ei in de hommel. Dit ei ontwikkelt zich tot larf en de hommel legt het loodje.

Roestbruine Kromlijf Foto: David Sluis

Als al het werk erop zit dan sterven de werksters, de koninginnen doen een bruidsvlucht, waarbij de eveneens gevleugelde darren vechten om een paring. Dat paren gebeurt tijdens de vlucht. Zo zag ik deze Boomhommel Koningin met een dar vliegend langskomen (zie foto). Na bevruchten zoekt de Koningin een onderkomen om de winter door te komen, en soms is dit het oude nest, en in het (vroege) voorjaar begint alles van voren af aan.

Groentjes!

* Een onomatopee is een woord dat een klank nabootst. Het gaat vooral om dierengeluiden zoals ‘kukeleku’, ‘kwaken’, ‘sissen’ en Dick Laan schreef in Pinkeltje veel ‘pffff’, ‘zwiep’, ‘filts-flats’ enzo…