Even voorstellen: Marcel Warmenhoven, 80 jaar jong en de enige echte toren-uurwerkmaker van Zaanstad.

We spreken elkaar in de Westzijderkerk of Bullekerk, inmiddels beter bekend als Cultureel Centrum Bullekerk, want ik wil graag alles weten over iets waarvan ik helemaal niets en hij alles weet.

Vroeger was de gemeente eigenaar van de Zaanse toren-uurwerken en heeft ze in de jaren’70 nog laten restaureren door middel van het aanbrengen van een automatisch opwindsysteem.

Maar de gemeente wilde van het onderhoud af. Om de uurwerken in leven te houden is 40 jaar geleden de ‘Stichting tot Behoud van het Torenuurwerk’ in het leven geroepen, welke draait op vrijwilligers.

In de Stichting zaten Noord-Hollandse technici met historisch besef die werkzaam waren bij Hoogovens (nu Tata Steel). Deze faciliteert sinds de oprichting een werkplaats waar vrijwilligers een cursus kregen en daar 1x in de week restauraties konden verrichten.

Omdat het uurwerk van de Bullekerk steeds stuk was heeft Marcel zelf het initiatief genomen om het onderhoud ervan op zich te nemen, tevens van de Oostzijderkerk en de Bonifatiuskerk in Zaandam.

Van de gemeente kreeg hij een mand vol sleutels in handen gedrukt onder het mom van: ‘ga maar kijken welke waar past’. Conclusie was dat er in heel Zaanstad maar 3 uurwerken in orde bleken te zijn!

En hoe hij aan de kennis kwam? Als kind was het al zijn hobby om ‘huiselijke uurwerken’ zoals hij het noemt, zoals klokken en horloges te repareren. Toen nog niet wetende hoe groots  deze hobby zou gaan uitgroeien!

Wat specifieke informatie; een uurwerk heeft 2 slagwerken plus 2 klokken, een kleine en een grote klok. Elk half uur slaat de kleine klok en het hele uur de grote klok. Voor de goede verstaander is volgens Marcel het verschil duidelijk te horen.

Toen de Bullekerk nog kerk was werden elke zondagmorgen om 9.45 uur de klokken elektrisch geluid voor de kerkdienst van 10.00 uur. Dat doet de koster door middel van het omdraaien van een schakelaartje. Dan luiden de 2 klokken net zo lang totdat hij ze weer handmatig(!) uitzet en dat mocht natuurlijk niet vergeten worden.

Bij een uitvaart luidt de grote bronzen klok (in mineur gestemd, droevig) voor aanvang van de plechtigheid en nogmaals als de overledene de kerk uitgedragen wordt. Bij een trouwerij luiden de klokken allebei en alleen voor aanvang van de inzegening. (Na de klok-foto gaan we verder)

foto:Ruth Pos

Marcel heeft thuis 12 klokken die elk half uur slaan, hetzij door belletjes, ting-tingetjes, snaren, gongen of bim-bammetjes. Maar geloof het of niet, hij is daar zo aan gewend, hij hoort het niet meer…

“Hoe lang denk je dit mooie werk nog te blijven doen Marcel?”
“Zolang ik het kan blijf ik het doen, maar het wordt wel steeds moeilijker.”
“En dan verder?”
“Nou, de gemeente snapt nu wel dat de uurwerken ‘vergeten verborgen monumenten zijn’ (wat een wonderschone benaming) dus tegen die tijd neemt ze het weer over en besteedt het onderhoud dan uit aan een professioneel bedrijf”.

Verder wilde hij het volgende stukje kennis absoluut nog aan mij kwijt omdat het best bijzonder is: mechanische uurwerken zijn temperatuurgevoelig en dat kan invloed hebben op de gang (=gelijklopen). Daar is wat op gevonden door een automatisch gelijkzetsysteem aan te sluiten dat werkt d.m.v. een slingervanger. Samen met collega’s heeft hij dit bedacht en geconstrueerd.

Dat werkt als volgt: 2x per etmaal wordt de slinger gevangen in een gaande stand.

Het uurwerk loopt altijd 2 minuten voor dus wordt door de slingervanger stilgezet. Van de atoomklok krijgt ie een seintje: nu is het écht de juiste tijd en dan laat hij het los.

Samengevat: net als de klokjes en wekkers bij ons thuis loopt ook de kerkklok sinds 20 jaar op de atoomklok die staat in Mainflingen, Duitsland. Vóór die tijd moest Marcel elke maand de toren in om het uurwerk gelijk te zetten.

1x per jaar pleegt hij groot onderhoud en verder bij storingen, bijvoorbeeld door stroomuitval. Dat hoort hij dan vanzelf wel van buurtbewoners maar hij kijkt vanuit zijn woning op 8-hg ook zelf op de klok dus het kan hem never nóóit ontgaan!

Last but not least klauteren we samen via de lange steile wenteltrap de toren in waar Marcel, die als enige de sleutel van de uurwerkkast heeft(!), de deur voor me zal openen.

Ik was eerder in de toren geweest maar geen ‘Sesam Open U’ van de kast.

Nu mocht ik dan eindelijk het ‘Kabinet des Uurwerks’ aanschouwen terwijl Marcel er gewillig en ook best een beetje trots bij poseert voor de foto’s…

*Ruth*

foto: Ruth Pos