Een doffe klap op het erf van de buren deed mij opkijken toen ik bezig was in mijn tuin.
Ik zag een duif hevig rondtollen over de grond bij hun windscherm.

Ze bleef voor dood liggen op haar ruggetje. “Nekje gebroken”, dacht ik meteen, ging snel naar haar toe en voelde voorzichtig aan haar lijfje of daar nog iets bewoog. Dat was een klein beetje het geval en op het grasveld met de vogel tussen mijn handen ben ik een tijd blijven zitten, streelde haar borst en blies af en toe wat lucht in haar bekje.

Na een tijdje opende ze haar oogjes en keek me duffig aan. “Dag meisje, ben je er weer”, zei ik, draaide haar heel voorzichtig om en zette haar op de pootjes. Ze wankelde wat, deed wat dronken stapjes en fladderde een paar meter over de grond naar een laag muurtje.
Daar heeft ze urenlang gezeten en naar me gekeken terwijl ik verder werkte in mijn tuin.
Bijkomen van de shock, bedacht ik en wellicht van de koppijn…
Op een moment is ze weggevlogen, dag duifje Duffie.

Sinds jaar en dag strooi ik dagelijks op ongeveer dezelfde tijd wat gemixt vogelvoer en soms ook fruit e.d. op voedertafels en in vogelhuisjes op een plek in de tuin.  Die tuin is uitgegroeid tot mijn ‘vogelparadijsje’. Geromantiseerd, ik weet het, want ze knokken elkaar ook wel de tent uit…
In de boom hangen de nootjes en de doppinda’s en aan de schutting de vogelpindakaas.
Met als resultaat dat ik al jarenlang van een flinke diversiteit aan vogels in mijn tuin mag genieten. Niet allemaal tegelijk natuurlijk(!) maar per soort komen er vaak wel hele families.

Duifje Duffie is er altijd. Als ik naar buiten kijk zit ze op de schutting of op de schuur. Als ze op de veranda loopt kijkt ze naar binnen en als ik buiten ben komt ze naar me toe en gaan we in goed gesprek. Duffie is slim en heeft een fabuleus geheugen. Maar dat is algemeen bekend van duiven.

De andere vogels zitten ook op me te wachten in de boom of op de schutting maar dat is altijd tegen voedertijd. Dus vergeten kan ik dat nooit, ze dwingen het gewoon af!
En hoezo drinken in die rivier die De Zaan heet, achter de woning? Er staan toch fijne drink-, c.q. badderbakken in de tuin waar ze makkelijk bij kunnen?

Waarom ik veel van vogels houd, ik ben er mee opgegroeid. De grote volière in onze tuin vroeger was een hobby van mijn moeder en binnen hadden we ook fladderaars. Regelmatig logeerde er bij ons een gewonde vogel in de keuken, verlaten of uit het nest gevallen. Wij verzorgden ze samen tot de goede dag kwam dat ze weer de wijde wereld in konden vliegen.

Dat heeft zich voortgezet in mijn leven. Menig jonge duif of tortel is mij als vondelingetje aan huis gebracht en zelfs een keer letterlijk in de schoot gevallen uit een nest hoog boven de plek waar ik zat. Met oeverloos geduld en voeren met de pincet bracht ik ze groot, leerde ze vliegen (nee, dat deed ik niet voor) en gaf ze de vrijheid als ze sterk genoeg waren.
Voor de buurt word je de vogelmevrouw en voor de vogels een soort vogelmoeder waar ze zich aan hechten. Dus blijven ze eerst nog een tijd terugkomen, ook gewend dat er voedsel en water is en een hokje om te rusten.
Totdat het oerinstinct de boventoon gaat voeren; het zoeken naar een partner. Dan volgt het echte loslaten. Dan denk ik: “het is goed zo!”

Wat zou de natuur onbestaanbaar saai zijn zonder vogels, met al hun pracht en (eigen)aardigheden…

Duffie heeft kennelijk niet de behoefte aan een partner. Duif Nelis met het mankepootje die ook bij me rond hinkelt en vrijgezel is, vindt ze niet aantrekkelijk. Duffie is een volwassen houtduif met een fijn tweede leven en ze is gewoon een happy single!

P.S. Regelmatig vind ik een veertje in de tuin wat ik beschouw als een cadeautje en in een vaasje steek. Het is al een mooi vogelboeket geworden.

*Ruth*