Op 15 februari 1992 verscheen voor het eerst Dagblad Zaanstreek, het resultaat van een fusie tussen De Zaanlander en De Typhoon. We ‘vieren’ dus ook 25 jaar zonder Typhoon en Zaanlander.

De Orkaan besteedt deze weken extra aandacht aan De Typhoon en De Zaanlander.

Vandaag journaliste Wendy Kind, als stagiaire bij De Typhoon begonnen, en pas vijf jaar later weer vertrokken.

De Typhoon bestond in de jaren ’80 uit een onmetelijke hoeveelheid rubrieken, zoals het populaire Alle Mensen, met daarin weer subrubriekjes, het dagelijkse vetje – een column van een van de redacteuren – en opvallende foto´s, bijvoorbeeld van een bord langs de weg met een door een arme boer gemaakte spelfout. Maar ook het feministisch getinte Buiten Kijf, de kinderwensvervulrubriek Jeugddroom en Wijk te Kijk waarbij twee redacteuren elke avond in een andere buurt de verhalen van bewoners noteerden.

En dan natuurlijk elke dag een knaller, een menselijk verhaal van een halve pagina, met foto. Van Klaas Pot kwam de term knaller en van hem kwamen ook de koppen erboven, zoals Blinde Ome Joop ziet toekomst zonnig in.

Wim Swart

Daartussendoor al het actuele streeknieuws en ook dat was veel, vooral over de gemeente. De journalisten volgden het gemeentenieuws nauwgezet en kritisch, onder leiding van brombeer-met-een-klein-hartje Wim Swart. Zoals het goede regiojournalistiek betaamt werden affaires en malversaties scherp in de gaten gehouden.

Dit alles, deze bomvolle krant, werd iedere dag weer serieus en met liefde en zelfreflectie gemaakt. Internet en computers waren er nog niet. Toen ik begon, werkte de redactie net met de eerste tekstverwerkingscomputers, al hielden sommigen nog lang daarna vast aan de typemachine. En ook was er iets nieuws, de rolfax, een wonderlijke rol die foto’s naar Haarlem kon verzenden.

Als iemand telefonisch niet opnam, moest je er van Klaas Pot maar even langsfietsen. En dagelijks op visite op het politiebureau aan de Provincialeweg, bij politievoorlichter meneer Walter, die ten overstaan van het journaille uit een dikke ordner de verwikkelingen van de nacht doornam: “Poging tot inbraak in Peldersveld” en “Vrouw struikelt over loszittende tegel op eigen tuinpad”. De Zaanstreek kende in die jaren ook spraakmakende geweldsmisdaden, zoals de Paskamermoord.

Stagiaire

Bovenal bestond er tussen dat hele bonte gezelschap van opmakers, redacteuren en fotografen een band die dreef op saamhorigheid en humor. Een club waar iedereen op die eerste verdieping aan de Westzijde als vanzelfsprekend bij hoorde.

Ook een piepjonge stagiaire als ik, die er van iedereen volop de kans kreeg om alle aspecten van het vak te leren, en voor al die talloze rubrieken te schrijven. Die stage werd snel omgezet in een vaste baan en binnen een paar maanden ging ik ook maar in de Zaanstreek wonen. Ik voelde me er in no-time thuis.

Vijf jaar werkte ik er slechts, maar De Typhoon blijft voor mij een warm bad, een leerschool en een bron van nog vaak gedeelde anekdotes en dierbare herinneringen.

Door Wendy Kind (werkte bij De Typhoon van 1982 tot 1987).

Lees hier alle stukken over 25 jaar Dagblad Zaanstreek (en 25 jaar zonder Typhoon en Zaanlander).

Foto van politiebureau aan Provincialeweg is van Rein van Houten (1988) (Gemeentearchief Zaanstad).