Een beetje een rare snuiter deze ‘gewone tondelzwam’ (niet te verwarren met de dikrandtondelzwam of de platte tondelzwam). Hij groeit niet eens per jaar zoals de meeste andere zwammen maar houdt het jaren vol. Vrijwel altijd op zieke of dode bomen waardoor de zwam een ‘zwakteparasiet’ of saprofyt wordt genoemd. De dode berk is favoriet.

Hij is niet giftig, maar ook niet te vreten. Hij smaakt naar hout en bitter. En als je toch de proef op de som neemt, zal je merken dat het laxerend werkt. Wij raden het af (alhoewel: tegen aambeien werkt het ook).

De binnenkant (het ‘vruchtvlees’) van tondelzwammen (ook wel tonderzwam genoemd) werd vroeger gebruikt in tondeldozen omdat het goed brandde, het was een soort voorloper van de lucifer – het werd aangestoken met stukjes vuursteen. Dit gebruik zou al in de prehistorie bekend zijn:

‘De uitrusting van de circa 5300 jaar oude gletsjermummie Ötzi, die in 1991 in de Italiaanse Ötztaler Alpen werd gevonden, bevatte een stukje tonderzwam samen met stukjes pyriet waar vonken mee kunnen worden geslagen.’

Deze jongens (m/v) op het Hembrugterrein waren al fors maar ze kunnen nog groter worden, maximaal 50 centimeter.

De tondelzwam is ook nuttig omdat veel insectensoorten, waaronder een aantal zeldzame kevers en sluipwespen hun eitjes in de zwam leggen ‘waarop de larven zich te goed doen aan het vlees’ (hadden we al gezegd dat je ze beter niet kon eten?). Sluipwespen zijn kennelijk ook nuttig.

Door Piet Bakker, ruimhartig geciteerd van de website heelsumsbeekdal.nl. De zwam identificeerden wij met behulp van de app Obsidentify. Foto’s gemaakt op het Hembrugterrein.