Zaanstad heeft de referendumverordening uit 2022 aangepast. De nieuwe regels zijn vanaf vandaag, 18 oktober 2025, van kracht. De gemeente noemt de wijziging een ‘vereenvoudiging’, maar in de praktijk verandert er meer dan alleen de formulering.
Het aanvragen van een referendum wordt nu aan strakkere termijnen gebonden. Inwoners die een onderwerp aan een stemming willen voorleggen, moeten sneller handelen. De periode tussen een raadsbesluit en de sluiting van de aanvraagmogelijkheid is korter geworden. Wie te laat begint met organiseren, verliest het recht op een referendum.
Tegelijkertijd wordt de vergoeding voor campagnes verhoogd. In de vorige verordening konden initiatiefnemers maximaal € 2.000 per campagne-activiteit vergoed krijgen. Dat bedrag gaat nu omhoog naar € 2.500. Ook de vergoeding voor externe hulp stijgt van € 35 naar € 40 per uur, met een maximum van vijftien uur. Dat maakt het voeren van een campagne financieel iets aantrekkelijker, al is de vraag of dat opweegt tegen de kortere voorbereidingstijd.
De gemeente heeft daarnaast de teksten over uitzonderingen en procedures opnieuw geformuleerd. De lijst onderwerpen waar géén referendum over mag worden gehouden, zoals bijvoorbeeld de begroting en belastingen, is niet langer in uitgebreide opsomming uitgeschreven, maar compacter verwoord. Dat maakt de tekst korter, maar kan het voor inwoners ook lastiger maken om precies te zien wat wel en niet mag.
Van ‘besloten’ naar ‘niet openbaar’
Opvallend is ook dat de term ‘besloten’ in de nieuwe verordening is vervangen door ‘niet openbaar’. Dat lijkt een kleine taalwijziging, maar juridisch is er een verschil. Een ‘besloten vergadering’ valt onder vaste regels uit de Gemeentewet, met duidelijke rechten en geheimhouding. Een ‘niet openbare behandeling’ is vager en biedt minder waarborgen. De vraag is dus of hiermee de privacy van initiatiefnemers wordt beschermd, of dat juist de controle op het gemeentebestuur vervaagt.
De taken van de referendumcommissie zijn ook strakker vastgelegd. Die commissie krijgt minder ruimte om zelf te interpreteren en meer de rol van formele poortwachter.
Een opmerkelijke fout
In de nieuwe versie staat in Artikel 15, lid 3 een opvallend typefoutje:
‘De subsidie wordt verstrekt […] tot een maximum van € 2.5000,- per campagne-activiteit.’
Wie dat letterlijk leest, zou denken dat Zaanstad € 25.000 per campagne beschikbaar stelt. Dat lijkt niet de bedoeling, maar zolang het niet officieel is rechtgezet, kan de tekst een juridische glijbaan vormen voor creatieve aanvragers.
Meer geld, minder tijd
Of de wijziging een verbetering is, hangt dus af van hoe je ernaar kijkt. Er is meer financiële steun beschikbaar voor wie een referendumcampagne wil voeren. Maar door de strakkere termijnen en compacter geformuleerde uitzonderingen wordt het traject waarschijnlijk niet makkelijker, maar juist spannender en tijdgevoeliger.
Door: Merel Kan, op basis van de aanpassingen in referendumverordening.