De Zaanse kerken hebben de gemeenteraad een stevige brief gestuurd over het nieuwe horecabeleid voor kerkgebouwen. Volgens de vertegenwoordigers die aanwezig waren op de Kerkenvisie-vergadering biedt de voorgenomen regeling te weinig ruimte om inkomsten te genereren, terwijl juist die inkomsten nodig zijn om, vaak, monumentale gebouwen overeind te houden.
Zonder verruiming van het beleid, zo schrijven zij, raken kerken hun mogelijkheden kwijt om rouwmaaltijden, trouwfeesten of andere bijeenkomsten te herbergen. En daarmee verdwijnt ook een belangrijke bron van onderhoudsgeld.
De brief werd op 21 november 2025 verstuurd aan het college van B&W en de gemeenteraad. Aanleiding was een overleg op 12 november, waarin ambtenaren de voorgenomen wijzigingen in de APV toelichtten.
Hoewel dat gesprek volgens de kerken constructief verliep, is de conclusie dat de voorgestelde vergunningensystematiek niet voldoet.
Er ontstaat wel duidelijkheid over wat ondergeschikte horeca is en wanneer koffie, taart of een glas drank geschonken mogen worden, maar de ruimte om daadwerkelijk inkomsten te genereren blijft volgens hen te beperkt. Met zes betaalde ontheffingen per jaar voor maatschappelijk gebruik kunnen kerken hun begroting niet sluitend maken, zeker niet nu ledentallen teruglopen en onderhoudskosten stijgen.
Rouwen trouwen
In de brief wordt uitgelegd dat de beperkingen in de praktijk tot wrange situaties leiden. Na een rouwplechtigheid in de kerk en een crematie elders kan een familie niet terugkeren naar het kerkgebouw voor een gezamenlijke maaltijd of borrel, zelfs niet als dit volledig door een externe cateraar wordt verzorgd.
Ook een trouwfeest dat direct aansluit op een kerkelijke ceremonie is niet toegestaan. Die verboden snijden volgens de kerkvertegenwoordigers in de eigen financiële wortels: het zijn juist dit soort bijeenkomsten die inkomsten opleveren waarmee kerkbesturen hun monumentale gebouwen kunnen onderhouden.
De kerken schrijven dat deze inkomstenstroom essentieel is en dat ze anders onvermijdelijk bij de gemeente zullen aankloppen om verval te voorkomen.
Rol
De brief onderstreept daarnaast de maatschappelijke rol van kerkgebouwen. Nu buurthuizen verdwijnen, zouden kerken opnieuw een centrale functie in een wijk of dorp kunnen vervullen. Vroeger waren ze dagelijks toegankelijk voor iedereen; die openheid en buurtfunctie zouden volgens de kerken opnieuw van waarde kunnen zijn. Het stoort hen dat het nieuwe beleid zelfs verhindert dat iemand met een levenslange band met een kerk daar een jubileum of verjaardag kan vieren. Volgens de schrijvers zijn dat bijeenkomsten met een duidelijke maatschappelijke betekenis, die juist verbinding in een wijk kunnen versterken.
Wanneer verruiming van het beleid niet mogelijk is, vragen de kerken om in ieder geval uitbreiding van het aantal ontheffingen. Zij stellen voor om minimaal twaalf ontheffingen per jaar toe te staan, omdat het nu toegestane aantal van zes betaalde ontheffingen het exploiteren van een kerkgebouw nauwelijks vergemakkelijkt.
Op kosten
Bovendien wijzen zij op de hoge kosten van een BAPO-toets voor het verkrijgen van een horecavergunning. De bestemming van kerkgebouwen verschilt per locatie, waardoor de prijs van zo’n toets uiteenloopt. Sommige kerken in bijvoorbeeld Krommenie en Koog aan de Zaan hebben historisch meer horecamogelijkheden, wat de aanvraag goedkoper maakt. De kerkvertegenwoordigers pleiten daarom voor een collectieve toetsing: als kerken gezamenlijk een aanvraag indienen, kunnen kosten en onderzoeken worden gedeeld en wordt de drempel lager.
Het is niet de eerste keer dat de Zaanse kerken aan de bel trekken. In 2022 stelden zij al dat zelfs een kopje koffie schenken niet was toegestaan en dat de onderhoudskosten van de 75 Zaanse kerkgebouwen, waarvan 31 monumenten, nauwelijks meer op te brengen waren.
Visie
De Zaanse Kerkenvisie, die begin 2022 werd gepresenteerd, erkende dat veel kerken in de komende jaren hun religieuze functie zullen verliezen en stelde voor om per kerk een zogenoemd paspoort op te stellen. Daarin zouden waarden, gebruikers en mogelijke toekomstscenario’s worden vastgelegd. Maar volgens de kerken zit er weinig voortgang in het omzetten van die visie naar praktisch beleid. Al zes jaar geleden zou zijn aangegeven dat het horecabeleid dringend herzien moest worden.
Tijdens het overleg dit najaar bleek opnieuw dat het proces binnen de gemeente stroperig verloopt omdat verschillende afdelingen betrokken zijn. Ambtenaren adviseerden de kerken uiteindelijk om hun zorgen direct met de raad te delen, wat nu dus is gebeurd.
De brief sluit af met een aanbod om hun voorstellen mondeling toe te lichten. Voor de Zaanse kerkbesturen staat één ding inmiddels vast: zonder bredere horeca- en exploitatiemogelijkheden droogt de inkomstenstroom op, verdwijnen de voorzieningen en raken de gebouwen zelf onherroepelijk in gevaar.
Door: Merel Kan op basis van de brief aan het college, het Orkaan-archief en de Kerkenvisie 2022. De foto boven is genomen vanuit de Grote Kerk Oostzaan.
Het probleem kent 3 invalshoeken
1. de kerkgebouwen waren het centrum van (toen nog gesegregeerde) sociaal maatschappelijk (buurt) activiteiten. Die buurt functie is weg gezakt o.i.v. de individualisering en de idee de idee dat de overheid wel alle sociaal maatschappelijke gaten vult. We ervaren nu dat dat niet of niet goed genoeg werkt. 'De buurt is dood, leve de nieuwe buurt.'
2. Meerdere kerkgebouwen zijn rijks- of gemeente monumenten. Die kunnen , alleen overleven als ze een functie hebben die voldoende oplevert om ze te kunnen handhaven. Een monument zonder relevante functie met financiële waarde, overleeft immers niet.
3. Maar de impact van de nieuwe horeca regels gaat veel verder. Eigenlijk is elke plek waar iets geconsumeerd wordt, een horeca locatie. Daarmee is horeca en de daar aan verbonden reglementering bijna de belangrijkste economische activiteit geworden. Immers overal waar mensen zijn/komen wordt wel wat geconsumeerd. In de nieuwe regels wordt de scope op orde en veiligheid (APV), hinder / beperkingen voor de omgeving (omgevingswet) en hygiëne (warenwet) opgerekt ten faveure van de eenvoud van beoordeling door vergunningsambtenaren en handhavers en niet te vergeten, de horeca branche, logisch want de vernieuwing van de regels is geïnitieerd vanuit economische zaken en ingevuld door adviseurs met een sterke binding met de horeca. Wij van wc-eend adviseren wc-eend..
Paracommercie is het uitvoeren van commerciële activiteiten (zoals horeca) door niet-commerciële instellingen, zoals sportclubs, buurthuizen en culturele centra, vaak naast hun reguliere, gesubsidieerde doelstellingen, wat leidt tot oneerlijke concurrentie met reguliere commerciële bedrijven, omdat deze instellingen voordelen hebben (subsidies, vrijwilligers).
Kernpunten:
Wie: Sportverenigingen, buurthuizen, culturele centra, kerkelijke instellingen.
Wat: Horeca-activiteiten (eten, drinken) en andere commerciële diensten.
Waar: Binnen de kantines, clubhuizen, of zalen van deze instellingen.
Probleem: Deze instellingen krijgen subsidies en werken vaak met vrijwilligers, waardoor ze lagere kosten hebben dan commerciële horeca, wat als oneerlijke concurrentie wordt gezien.
Regulering: Gemeenten en belangenorganisaties zoals Koninklijke Horeca Nederland (KHN) houden zich bezig met het reguleren van paracommercie om eerlijke concurrentie te waarborgen.
Voorbeeld: Een sportkantine die snacks en drankjes verkoopt aan leden en niet-leden, terwijl het hoofddoel van de club sportbevordering is, is een vorm van paracommercie.
Opmerking schrijver dezes: In het geval van kerken kan het woord subsidie vervallen; immers, kerken dienen 'de eigen broek' op te houden door middel van giften van leden etc. De overheid heeft daar verder geen omkijken naar. De regelgeving betreffende paracommercie is met name bedoeld om oneerlijke concurrentie met de reguliere horeca tegen te gaan. Bij een samenkomen bij 'rouw en trouw' zal in geval van rouw een reguliere horecagelegenheid, voor zover aanwezig in de relatief onmiddellijke nabijheid van begraaf- of crematieplaats, nauwelijks inboeten op 'winst'. Immers, men komt doorgans voor een kopje koffie en hooguit een zogenoemd na-praat drankje, waarna een ieder huiswaarts of elders keert. Doorgaans een selectief gezelschap waar mijn inziens een reguliere horecaondernemer niet op zit te wachten. De bediening van zo'n gezelschap wordt inderdaad doorgaans uitgevoerd door enkele onbetaalde vrijwilligers. Natuurlijk levert dat enige opbrengst op, wat terugvloeit in de kas van de kerk om onderhoud etc. te kunnen verrichten. Vergelijkbaar gaat dit op voor vergaderingen en het vieren van een verjaardag. Bij trouw ligt dit in de praktijk wellicht wat anders omdat een kerkgebouw doorgaans niet is ingericht voor dergelijke, vaak meer uitbundige vieringen. Ontheffingen aanvragen en vooral betalen weegt niet of nauwelijks op tegen de baten. Behalve dan natuurlijk voor de overheid...... (waarvan onderdelen of afgeleiden daarvan met regelmaat 'boter op het hoofd hebben' om kerkgebouwen te gebruiken (huren) voor het houden van maatschappelijke discussies of voorlichting aan burgers). Met enige achterliggende ervaring kan ik zeggen dat er niet- of nauwelijks bezwaren uit de reguliere horeca zijn tegen 'horeca in de kerk'......Zoals helaas zo vaak wordt met in aanleg goed bedoelde regeling de doelstelling grotendeels uit het oog verloren.
Bij concerten in kerken hetzelfde probleem. Laten we er besloten bijeenkomsten van maken: publiek toegankelijk, maar besloten zodra iedereen binnen is. Iedere gastheer of -vrouw mag zijn of haar gasten een glas schenken, en daar een bijdrage in de kosten voor vragen. Dat is geen commercie.
En dan ben je dus precies daar waarom er regels zijn gekomen.
Elke voetbalkantine/dorpshuis oid mag dan ook feesten (laten)organiseren.
Dit tot woede van de erkende Horeca
Volkomen gelijk Henny
in de Pieterskerk te Leiden kunnen tot 2.000 gasten een feestje vieren. Waarom dit verschil in het Zaanse?
Waarom wordt er door de gemeente zo
Moeilijk over gedaan?
Scheiding Kerk en Staat? Ja, maar niet als er wat te halen valt, dan is de Staat er als de kippen bij. Principieel maakt een Kerk geen deel uit van de Staat der Nederlanden, maar is onderdeel van het Koninkrijk Gods. Een kerkgebouw is te vergelijken met een ambassade van een buitenlandse mogendheid.
Buitenlandse mogendheid?
Ik zou eerder zeggen buitenaards
De kerken kennen verschillende privileges, waaronder een BTW vrijstelling, een ANBI status, een luisterend oor in vele gremia en de omstreden toegang tot persoonsgegevens via de SILA.
Verder worden buitenlandse mogendheden geacht de huurpenningen van hun ambassades netjes af te dragen en zijn zelf verantwoordelijk voor het onderhoud van door hen aangeschafte panden.
Maar zonodig wil ik wel een kleine financiële bijdrage leveren aan het Koninkrijk Gods, gevestigd in De Hemel. Zodra ik het juiste IBAN heb. Je weet tenslotte nooit waarvoor het later nog van pas kan komen.