De beslissing van Zaanstad om namen, geboortedata, cliëntnummers en de hoogte van vorderingen bekend te maken van mensen die ten onrechte een bijstandsuitkering zouden hebben gekregen, stuit op verzet.

Eerder kondigde Democratisch Zaanstad al aan schriftelijke vragen te stellen over de zaak. Tijdens het Zaanstad Beraad van donderdag 8 mei zullen ook Melchior Mattens van de Partij voor de Dieren en Naomi Vink van de ChristenUnie de verantwoordelijke wethouder Natasja Groothuismink aan de tand voelen over de kwestie.

Het is onduidelijk volgens de vraagstellers ‘of de grondslagen in de AVG voor verwerking van persoonsgegevens daadwerkelijk voldoende grond bieden om deze publicatie te mogen doen. Het is immers een vergaande inbreuk van het recht op privacy om dergelijke gegevens openbaar te maken.’

CU en PvdD willen weten ‘Waarom Zaanstad gekozen heeft voor deze manier van publiceren en of het ook niet schadelijk voor betrokkenen kan zijn, bijvoorbeeld door ‘stigmatisering en discriminatie’. Vraag: ‘is het college het met ons eens dat deze schade in geen verhouding staat tot de eventuele opbrengsten?’ En gaat Zaanstad iets doen om ‘gemaakte fouten te herstellen en in de toekomst te voorkomen?’

De Orkaan heeft gisteren bij de Autoriteit Persoonsgegeven geïnformeerd of deze manier van publiceren inderdaad toegestaan (en proportioneel) is. Het antwoord laat op zich wachten. Als er alsnog iets komt, maken we hier een update.

Opgelopen

Opvallend bij de gepubliceerde gegevens was overigens ook dat de bedragen fors opliepen. Bij één vermeende wanbetaler was dat opgelopen tot ruim een ton. Hoe kan dat?

Zaanstad laat via een woordvoerder weten dat er drie à vier keer per jaar getoetst wordt of iemand nog recht heeft op bijstand, ‘de oproep in het Stadsblad kun je zien als een allerlaatste middel om in contact te komen met de betreffende personen’. Het bedrag kan inderdaad behoorlijk oplopen.

‘Er komen zaken voor dat iemand vastgoed in het buitenland heeft. De grens van eigen vermogen in de bijstand is maximaal € 15.540, met vastgoed wordt deze grens al snel overschreden. Het kan zijn dat dit pas later bij ons aan het licht komt na een vermoeden of een signaal en dat uit onderzoek blijkt dat dit het geval is, dan moet het volledige bedrag terugbetaald worden en dat kan dus stevig oplopen.’

Door Piet Bakker en Merel Kan. Bronnen: Vragen, PvdD, CU en DZ, Zaanstad, eerder nieuws op De Orkaan en Stadblad.