In het Taalcafé de Sluis ontmoeten elke week Zaankanters en nieuwkomers elkaar. Soms ontstaat daar iets bijzonders — zoals tussen Danja, die in Zaandam is geboren, en Wasim, die sinds 2024 in het AZC woont. Zij vonden elkaar via de taal, maar ook via hun gedeelde interesse in sociaal werk.
In dit dubbelinterview vertellen ze hoe hun contact groeide, wat het taalcafé voor hen betekent en wat ze elkaar toewensen voor de toekomst.
Dubbelinterview stagiaire Danja en nieuwkomer Wasim
Hoelang wonen jullie al in Zaandam?
Wasim: Ik woon sinds augustus 2024 in Zaandam. Ik kom uit Syrië en ben van Ter Apel via Leeuwarden naar Zaandam in het AZC aan de Rijshoutweg gekomen.
Danja: Ik woon al mijn hele leven in Zaandam. Ik ben hier geboren en opgegroeid.
Hoe hebben jullie elkaar gevonden?
Wasim: Wij hebben elkaar in het taalcafé gevonden. Ik kom sinds een jaar wekelijks naar het taalcafé. Toen heb ik Danja gezien en ik wilde graag 1 op 1 les met haar hebben. Ik wilde graag mijn grammatica verbeteren.
Danja: Ik loop wekelijks stage bij taalcafé De Sluis. Wasim is een van de deelnemers die hier vaak komt. Zo zijn wij in contact gekomen met elkaar.
Wat betekent het taalcafé voor jou?
Wasim: Ik vind het taalcafé een sociale plek die heel handig is voor de vluchtelingen die in het kamp verblijven. Veel mensen zijn hier alleen, zonder familie. Als ik naar het taalcafé kom, ben ik met vriendelijke mensen om mij heen en voel ik mij meer verbonden.
Danja: Voor mij betekent het taalcafé een plek waar veel verschillende soorten mensen heen gaan en met elkaar in contact komen. Er ontstaan mooie connecties en verhalen tussen de mensen en je kunt veel van elkaar leren.
Waar vroeg/bood je hulp voor?
Wasim: Ik wil graag mijn taalniveau verbeteren en ik wil graag in de toekomst sociaal werker worden. Het is voor mij nuttig om naar het taalcafé te komen, omdat het een sociale plek is waar ik mijn sociale en ook mijn taalvaardigheden kan ontwikkelen.
Danja: Ik bied ondersteuning op verschillende vlakken, net waar de deelnemers behoefte aan hebben. Bij Wasim is dat vooral op het gebied van grammatica of de kennis omtrent mijn opleiding: Social Work. Daarin is hij erg geïnteresseerd.
Wat heeft deze match je nog meer gebracht?
Wasim: Vaak zit ik 1 op 1 met Danja en dit vind ik handig omdat ik meer kan vragen en praten dan in een groepje. Dit vergroot mijn taalontwikkeling en kennis.
Danja: Deze match heeft mij een vriendschap gebracht, diepe gesprekken en meer inzicht omtrent de integratie.
Wat is het leukste, meest verrassende of interessantste wat je van elkaar hebt geleerd?
Wasim: Bij de eerste ontmoeting dacht ik dat Danja een deelnemer was van het taalcafé. Toen ik vroeg naar haar niveau bleek dat zij een vrijwilliger is.
Danja: Toen ik hoorde dat Wasim binnen een jaar tijd op B1 niveau is gekomen, was ik erg verrast. Hij leert enorm snel en spreekt 4 talen. Ook wil hij na het leren van Nederlands nog een andere nieuwe taal gaan leren.
Waardoor voel jij je thuis in Nederland/Zaanstad?
Wasim: Nederland voelt als mijn thuis door de vriendelijke mensen die ik heb ontmoet. In Zaanstad ben ik gewend geraakt om te wonen. Wanneer ik in een andere stad ben en daarna terugkom in Zaanstad, voelt het gewoon anders, alsof ik weer echt thuis ben.
Danja: Ik voel mij thuis in Zaanstad, omdat het erg multicultureel is. De diversiteit tussen de mensen spreekt mij erg aan.
Wat vind je Nederlanders/Zaankanters?
Wasim: Ik vind Nederlanders aardige mensen en ze zijn erg behulpzaam.
Danja: Ik vind Zaankanters erg divers en gezellig.
Wat heb je nodig om je nog meer thuis te voelen in Nederland?
Wasim: Als ik mijn familie hier in Nederland zou hebben, dan zou ik mij pas echt thuis kunnen voelen.
Wat wens je voor elkaar?
Wasim: Ik wens Danja dat zij met de beste resultaten haar studie zal behalen.
Danja: Ik wens Wasim een mooie toekomst in Nederland toe. Ik hoop dat hij een verblijfsvergunning krijgt, een baan vindt in het sociaal werk en misschien zelfs mijn collega wordt.
Door: Truus Vegter.