Reda is meermaals verhuisd en heeft op verschillende plekken gewoond: van Amsterdam tot Egypte en Zandvoort. Toch ligt zijn hart in de Zaanstreek. Daarom keerde hij tien jaar geleden voor de derde keer terug. 

De Egyptische Reda is geboren in Amsterdam. Toen hij twee jaar oud was, gingen zijn ouders scheiden. Reda verhuisde met zijn moeder mee terug naar haar geboorteland en trok daar bij zijn oma in. ‘In Egypte ziet het leven er heel anders uit: straatvoetballen op blote voeten; veel armoede en vanwege de hitte bruist het daar vooral ’s nachts.’

Op zijn tiende ging het in een sneltreinvaart bergafwaarts voor Reda. Plotseling verhuisde hij terug naar Amsterdam. Zijn vader was inmiddels hertrouwd en Reda kon niet met zijn stiefmoeder door één deur. ‘Ik werd uit huis geplaatst en daarna heb ik in verschillende tehuizen gewoond.’

Toen Reda dertien jaar oud was, werd hij overgeplaatst naar een gezinswoning in Wormerveer.

‘Als kind was ik echt aan het overleven. Verhuizen naar de Zaanstreek was het beste wat me kon overkomen. Zaankanters – en met name mijn vriendengroep – hebben mij op het rechte pad geholpen. Het had heel anders kunnen aflopen.’

Dankzij zijn bijbaantje bij de supermarkt, bouwt Reda een grote, hechte vriendengroep op in de Zaanstreek. Ook als Reda op achttienjarige leeftijd uitvliegt naar Zandvoort, blijven de vrienden elkaar trouw. ‘Onze vriendengroep was heel ondernemend en wij waren eigenlijk nog steeds iedere dag samen.’ 

‘Renze, mijn beste vriend, woonde praktisch bij mij in Zandvoort in. Toen hij op een gegeven moment zijn eigen flatje in Zaandijk kreeg, besloten wij daar samen te gaan wonen.’ Terugverhuizen naar de Zaanstreek voelt als thuiskomen voor Reda. Vooral vanwege de mensen. ‘Mijn vrienden voelen als familie en dat vind ik heel leuk.’ 

Naast zijn liefde voor zijn Zaanse vrienden, heeft Reda nog een favoriete Zaankanter:

‘Edward van Gils, de grondlegger van het straatvoetbal. In de videogame FIFA heeft hij zelfs zijn eigen karakter als eerste straatvoetballer.’

Na zo’n drie jaar samenwonen met zijn beste vriend, moet Reda op zoek naar een eigen woning. En dat gaat niet gemakkelijk. ‘Ik zwierf tussen tijdelijke plekken, zonder zekerheid wanneer ik ergens uit moest.’ Het is een heftige periode voor Reda. In één jaar tijd verhuist hij wel twaalf keer. 

Via een omweg belandt Reda uiteindelijk in Zaandam. Maar zodra hij een relatie krijgt in Amsterdam, is hij vaker in de hoofdstad te vinden. ‘Mijn vrouw, Chantal, wilde niet in Zaandam komen wonen. Zij noemde de streek boers en vond het hier stinken naar cacao.’ 

Als Chantal door haar werkgever wordt gevraagd tijdelijk in Amerika te wonen en werken, gaat Reda mee op één voorwaarde: Chantal verhuist na die periode mee naar de Zaanstreek.

Inmiddels woont het stel tien jaar in Zaandijk en is ook Chantal helemaal om. Ze wonen in een gezellig hofje in Zaandijk, waar voornamelijk vrijstaande villa’s en bungalows staan.

‘Het is een soort verborgen vakantieparadijs. Als kind vond ik het al prachtig.’ 

In Egypte voetbalde Reda op blote voeten op straat; als tienerjongen in de Zaanstreek trapte Reda balletjes met vrienden, en speelde hij bij verschillende Zaanse voetbalclubs; nu voetbalt Reda als veteraan af en toe tegen jongere jongens. ‘We zijn oude lullen, maar op het veld zijn we nog steeds lekker fanatiek.’ 

Reda kan zijn liefde voor de sport kwijt in zijn werk. Hij is sinds anderhalf jaar de eigenaar van voetbalwinkel 11teamsports in Zaandam. ‘Ik kwam als kind zelf bij 11teamsports om voetbalschoenen te halen. Nu zie ik oude bekenden die hier met hun kinderen komen.’ 

Zaanse schatten volgens Reda

  • ‘Ik vind het heerlijk om over de Lagedijk te rijden. De Zaanse huizen; het gemeentehuis – waar ik ben getrouwd; de Lagedijk is voor mij écht een typisch stukje Zaanstreek.’
  • ‘Hoe ouder ik ben, hoe gekker ik word. Evenementencomplex De Hemkade is een fantastisch Zaans icoon. Iedereen in Nederland weet waar je het over hebt.’ 
  • ‘Ik hou ervan om lekker naar de kroeg te gaan. Ik ben van de Café Swart-generatie.’ 

Door: Mila Lange