Drie maanden lang zat de deur van een woning aan de Sloepstraat in Zaandam op slot. Niet vanwege een verbouwing of vakantie, maar op last van de burgemeester. De reden? Grote hoeveelheden hard- en softdrugs én spullen voor de productie en verkoop van hennep. Maar was het sluiten van het pand wel écht nodig?

Die vraag stond centraal tijdens een zitting van de adviescommissie van Zaanstad op woensdag 11 juni, waar bezwaar werd gemaakt tegen het inmiddels afgelopen sluitingsbesluit. De voormalige bewoner, die inmiddels is verhuisd, liet zich vertegenwoordigen door een advocaat die de maatregel buiten proportie noemde.

Niet alleen omdat de drugs volgens de gemeente ‘bij toeval’ werden ontdekt. Een opmerkelijke gang van zaken, aangezien volgens de advocaat iemand vanaf de straat zou hebben opgemerkt dat er iets niet klopte, waarna de politie een onderzoek instelde – maar vooral omdat er geen sprake was van overlast of signalen uit de buurt.

Reputatieschade

De advocaat stelde dat er geen aanwijzingen waren voor verstoring van de openbare orde. Er zouden geen meldingen van overlast zijn geweest, geen sprake van aanloop van dealers of gebruikers en ook geen zichtbare criminele activiteit.

‘De enkele aanwezigheid van drugs maakt nog niet dat de leefomgeving wordt aangetast,’ betoogde hij. In deze zaak waren volgens hem de voorwaarden voor een tijdelijke sluiting niet aanwezig. Zijn cliënt, inmiddels op vrije voeten, heeft daarbij grote persoonlijke schade geleden. Hoewel de sluiting van het pand tijdelijk was – van 27 februari tot 27 mei – bleef de huur tijdens die periode doorlopen, terwijl de woning niet kon worden gebruikt.

De huurovereenkomst werd beëindigd, waarna de man met veel moeite nieuwe woonruimte vond, tegen een fors hogere huur. Ook wees de advocaat op reputatieschade die zijn cliënt heeft opgelopen in de buurt door de sluiting van de woning.

Kwetsbaar

De vertegenwoordiger van de burgemeester gaat niet mee in het betoog van de tegenpartij. Volgens haar ging het niet om een beetje drugs voor eigen gebruik, maar om handelshoeveelheden van zowel hard- als softdrugs. Daarmee zou er wel degelijk sprake zijn van de aantasting van de openbare orde.

Belangrijker nog: de woning ligt in Zaandam Zuid, een wijk die door de gemeente als kwetsbaar wordt gezien. ‘Juist daar moet je duidelijk optreden.’ De sluiting moest een duidelijk signaal afgeven, zowel aan de buurt als aan mensen in het drugscircuit: ‘dit wordt hier niet getolereerd.’

De hoop is dat streng optreden het vertrouwen in de wijk vergroot en helpt voorkomen dat dit soort situaties opnieuw ontstaan. De gevolgen voor de bewoner, zoals financiële schade, zijn volgens haar geen reden om niet in te grijpen.

Afweging

De kern van het debat ligt in de vraag wanneer een sluiting echt nodig is. De één vindt dat dat pas kan als de openbare orde aantoonbaar is verstoord; de enkele aanwezigheid van drugs is daarvoor niet genoeg. De ander stelt dat dit, zeker in combinatie met de wijkcontext, juist wél voldoende is.

De adviescommissie komt binnenkort met een advies. De burgemeester beslist daarna of het bezwaar wordt afgewezen of toch gegrond is – al verandert dat weinig: de woning is weer open en de oud-bewoner is allang vertrokken.

Door: Nick Boeske. Info van bijgewoonde zitting en eerder geschreven artikel. Foto’s: Renée Koopman