Eylem Köseoglu treedt per onmiddellijk terug als fractievoorzitter van de PvdA in Zaanstad. Ze wordt (tijdelijk) opgevolgd door Geert Rijken.
Köseoglu was de afgelopen maanden in het nieuws vanwege de perikelen rondom de inzet van het interventieteam in Zaandam-Oost. Begin dit jaar stelde ze bij een vergadering van het Zaanstad Beraad dat de aanpak mogelijk gepaard zou gaan met discriminatie en institutioneel racisme. Ze liet zich interviewen door het NHD. Onderzoekssite Follow the Money had over de omstreden aanpak van Zaanstad in de wijken in Zaandam-Oost geschreven.
Zaanstad werkte samen het met Regionale Informatie- en Expertisecentra (RIEC). Deze club had een rapport opgesteld waarin onder meer werd gesteld dat Turkse Nederlanders ‘erg bedreven’ zouden zijn in belasting- en toeslagenfraude. Burgemeester Jan Hamming reageerde destijds woedend op de uitspraken van Köseoglu. De omstreden werkwijze zou allang zijn aangepast. Sinds 2020 zou nationaliteit niet meer worden geregisterd, behoudens in uitzonderingsgevallen.
Burgemeester Hamming noemde de uitspraken van Köseoglu ‘enorm schadelijk en kwalijk.’ In een Raadsinformatiebrief stelde het college dat Köseoglu ‘onwaarheden en ongefundeerde uitspraken’ had gedaan en feitelijke onjuistheden had verspreid. Dat zou schadelijk zou voor de ‘stevige aanpak van ondermijning in Zaandam-Oost’. Zaanstad kreeg overigens wel meerdere brieven van inwoners waarin over institutionele discriminatie werd geklaagd.
In juni publiceerde Follow the Money opnieuw over de aanpak. Het interventieteam zou als een soort ‘gemeente binnen de gemeente opereren’ en zich niet aan wettelijke en ethische regels zouden. Onderzoek werd tegengewerkt, ambtenaren onder druk gezet en medewerkers werd op het hart gedrukt niets op schrift te zetten omdat het anders openbaar gemaakt zou kunnen worden.
Köseoglu stelde het opnieuw aan de orde tijdens een rondvraag bij het Zaanstad Beraad die voor een bomvolle tribune zorgde. Zowel voor- als tegenstanders van de aanpak van het interventieteam kwamen aan het woord. Burgemeester Hamming voelde overigens niet zoveel voor een onafhankelijk onderzoek.
De drukte bij de rondvraag en het aantal vragen was zo groot dat de behandeling niet kon worden afgerond. Köseoglu stelde zelf de vervolgbehandeling uit wat haar op een rechtstreekse en persoonlijke aanval van CDA, VVD en POV kwam te staan.
Door Piet Bakker en Merel Kan.
maar ligt t nu aan mij. Waarom treed ze nu tijdelijk terug en waarom tijdelijk en hoelang is tijdelijk?
Ik zie die vraag niet beantwoord, toch?
Ik ben zeer benieuwd wat de burgemeester, wethouders en betrokken raadsleden gaan doen als deze mevrouw besluit te gaan praten.
De boodschapper onschadelijk maken lost niets op. De gemeente Zaanstad houdt zich al jaren. niet aan de wet bij controlres op de participatiewet. Het is er volgens ftm niet beter op geworden.
Als inwoner van Zaanstad raakt mij dit extra, omdat ik zelf zie hoe belangrijk het is dat iedereen zich gehoord voelt in deze stad.
We leven in een vrij land, in een democratie. Juist daarom moet er ruimte zijn om vragen te stellen — ook over gevoelige onderwerpen zoals institutionele ongelijkheid of de aanpak van bepaalde wijken. Zolang er geen sprake is van geweld of belediging, maar van het stellen van vragen en het voeren van een inhoudelijk gesprek, hoort dat bij een gezonde democratie.
Het is dan ook zeer zorgelijk dat iemand als mevr. Köseoglu, die zich uitsprak namens mensen die zich vaak niet gehoord voelen, nu zo onder druk komt te staan dat ze terugtreedt. In plaats van open dialoog lijkt er direct met woede te worden gereageerd — terwijl het juist heel normaal is dat beleid kritisch bevraagd wordt. Als je niets te verbergen hebt, is een onafhankelijk onderzoek toch alleen maar welkom?
Deze reactie van de burgemeester roept eerder wantrouwen op dan rust. Wat is er mis met transparantie? Waarom wordt het stellen van kritische vragen zo snel als een aanval gezien?
Het gaat hier niet om partijpolitiek. Het gaat om het recht van burgers en gekozen vertegenwoordigers om thema’s als discriminatie en machtsgebruik bespreekbaar te maken. Als dát niet meer mag, als er taboes ontstaan op bepaalde onderwerpen, dan verliezen we juist wat een democratie sterk maakt.