Vandaag wordt er hard gewerkt aan de Hanenpadsluis in Zaandam. De sluisdeuren worden gerenoveerd. Dat gebeurt met uiterste voorzichtigheid, want de scharnieren zijn oud en kwetsbaar.
Een duiker voert onder water inspecties uit. Hoe lang dat duurt? ‘Het hangt ervan af wat we aantreffen’ vertelt een van de betrokkenen, ‘Als er schade is, moeten onderdelen eruit en gerepareerd worden. Maar dat moet heel voorzichtig, want één verkeerde beweging en je hebt een scharnier kapot dat niet zomaar te vervangen is.’

Sluis vol geschiedenis
De Hanenpadsluis is niet zomaar een sluis. Het is een provinciaal monument en één van de oudste nog herkenbare zeesluizen in de Zaanstreek. Ze werd gebouwd in 1714, in de Oostzanerzeedijk, en verbindt de polder Oostzaan met zijkanaal G, de Voorzaan.
De sluis had vroeger een belangrijke zeewerende functie: ze hield het water uit het IJ tegen, terwijl schepen vanuit de polder konden worden geschut.
De Hanenpadsluis was ooit de grootste van vier sluizen die toegang gaven tot de polder Oostzaan (hadden we al eens gezegd dat Oostzaan eigenlijk bij Zaanstad hoort?). Dat is nog te zien aan de stevige muren en de trapsgewijze opbouw tegen de dijk. De brug erboven, die al in de negentiende eeuw vast was, maakte duidelijk dat de sluis bedoeld was voor de kleinere binnenvaart.

Restauraties
Door de eeuwen heen kreeg de Hanenpadsluis meerdere opknapbeurten: in 1852, 1936 en 1948. Toen werden onder meer de brug en het wachthuisje vernieuwd. Dat huisje is inmiddels gesneuveld en vervangen door een bouwkeet zonder toilet. In de muren zitten twee gedenkstenen die herinneren aan de restauraties.
De huidige deuren zijn van 2006 (aan de kant van de Zaan) en uit 1977.
Architectuurhistorisch is de Hanenpadsluis van groot belang: een goed bewaard voorbeeld van een enkelkerende schutsluis met originele tussendeuren en zeewerende functie.

Wiel en de sluis
De sluis leeft nog steeds, mede dankzij Wiel Klinckenberg, die al 25 jaar onbezoldigd sluiswachter is. Hij liet op 15 oktober 2000 het eerste bootje door de sluis varen. In een gesprek met De Orkaan vertelde hij: ‘De sluis is mijn kindje.’
Het wachthuisje, dat bij hem en de sluis hoorde, is de afgelopen jaren verdwenen. Wiel hoopt dat er ooit een nieuw huisje komt:
‘De volgende sluiswachter verdient beter dan een vervallen keet.’

Door: Merel Kan met hulp uit het Orkaan-archief, van Zaanwiki en van Jeffrey Koster die ook de foto’s maakte. De tip kwam van Wiel.