Een Zaandammer die vorig jaar november aan de Oostzijde in Zaandam betrapt werd met drugs, vindt dat de gemeente hem geen ‘last onder dwangsom inzake drugshandel op straat’ had mogen opleggen. Hij is weliswaar veroordeeld wegens drugsbezit, maar niet wegens drugshandel. Last onder dwangsom is een ‘prikkel’ om ervoor te zorgen dat iemand niet meer over de schreef gaat.

Het was allemaal een noodlottig misverstand betoogde hij tijdens de hoorzitting bij Zaanstad. Hij had de drugs onder een struik gevonden en was van plan die aan een familielid (een broer of een neef – het politierapport en de getuigenis bij de zitting verschillen op dit punt) te geven die drugs gebruikte.

Dat had hij beter niet kunnen doen zei de betrapte drugsvinder, maar zo was het nu eenmaal gegaan. Het had wel een veroordeling voor drugsbezit opgeleverd, maar meneer was geen handelaar, betoogde zijn advocaat Britt de Jong van Koningsveld Boomstra advocaten uit Amsterdam. De dwangsom hing nog tot november van dit jaar boven zijn hoofd, en hij ondervond daar veel stress van. Bovendien was hij op zijn uitkering gekort.

Van de zijde van de gemeente werd geen strobreed toegegeven. De hoeveelheid drugs was dertien keer de toegestane ‘gebruikershoeveelheid’, het was voorverpakt in bolletjes zoals bij handel gebruikelijk is en bovendien was er ook een ‘contactmoment’ met een bekende drugsdealer geconstateerd. De bezwaarmaker zei overigens niet te weten dat zijn ‘bekende’ drugsdealer was.

Ook het ‘geven’ aan broer of neef was handel. De APV – die als grondslag voor het opleggen van de dwangsom werd gebruikt – was duidelijk volgens de gemeente.

De dwangsom was nog niet opgeëist. Dat gebeurt pas als meneer voor november weer in de fout zou gaan. Als hij uit de problemen bleef kon hem niks gebeuren. Dat er geen strafrechtelijke veroordeling voor drugshandel was uitgesproken, was ook niet nodig, voor bestuursrecht geldt een minder strenge bewijslast, de drugshandel moet alleen aannemelijk gemaakt worden en de bewijzen die er waren, waren overtuigend aldus de vertegenwoordiger van Zaanstad. Bovendien was de betrokkene al eerder veroordeeld. Volgens de advocaat deed dat niet ter zake omdat dat al een tijd geleden was.

Over twee weken volgt de uitspraak.

Door Piet Bakker op basis van de zitting van de digitale hoorzitting bij Zaanstad.