Hbo-student Zara Huitema deed onderzoek naar werkdruk onder jongeren. Ze zette een enquête uit met de uitkomst dat een ruime meerderheid van 60 procent van de jongeren last heeft van werkdruk. Volgens de student, die zelf ook met dit probleem worstelde, wordt de druk veroorzaakt door een combinatie van studie, bijbaantjes, een druk sociaal leven en de invloed van sociale media.
Huitema werd geïnspireerd door haar eigen ervaringen en die van andere mensen om juist hier onderzoek naar te doen. ‘Ik merk ook steeds meer om mij heen dat de druk om te presteren steeds groter wordt.’ Dat hebben best veel mensen, zoals ook de uitkomst van haar onderzoek uitwijst, maar ze merkt dat het niet echt wordt besproken.
Veel verschillende dingen combineren is natuurlijk véél, maar ook van alle tijden. Het wezenlijke verschil tussen de werkdruk die jongeren nu ervaren en die de jongeren van vroeger ervaarden, is volgens haar sociale media.
Druk
Dat voegt een nieuwe laag druk toe; de noodzaak om te voldoen aan een bepaald ideaalbeeld speelt niet alleen binnen de sociale media zelf, maar raakt ook aan je sociale leven en opleiding. Dit zorgt er volgens Huitema voor dat de werkdruk sterk toeneemt.
‘Ik denk dat mensen zich vooral gaan vergelijken en een bepaald leven willen leiden, terwijl het eigenlijk niet het ideaalbeeld is.’
Dat geldt minder voor ouderen, die toch ook vaak op social media zitten; hun beleving van de wereld is minder vervlochten met sociale media dan die van jongeren.
Als oplossing benadrukt ze het belang van het bespreekbaar maken van de druk. Praten met vrienden, ouders of docenten kan al een groot verschil maken, volgens Huitema. Ook hoopt ze dat ouders en docenten de problematiek serieuzer nemen en jongeren beter ondersteunen.
Jongeren moeten weten dat ze niet alleen zijn. Er moet erkenning komen van docenten en ouders. Daar kunnen de jongeren ook zelf een rol in spelen door zichzelf serieus te nemen en het gesprek aan te gaan met ouders en docenten. Die willen volgens Huitema vaak echt wel begrip tonen, maar dan moet je het nog wel aan de kaak stellen.
Concreter is Huitema ook vóór de voorgestelde leeftijdsgrens voor sociale media van vijftien jaar, hoewel het als het aan haar ligt nog wel hoger kan:
‘Het liefst zou ik zeggen: naar achttien jaar.’
Daar kan je als individu niet veel aan veranderen, maar het zou de gezondheid van kinderen die nu soms al vanaf hun zesde aan de telefoon gekluisterd zitten goed doen, volgens haar. De belangrijkste boodschap aan jongeren blijft: ‘Maak het bespreekbaar als je ergens mee zit. [ ] want je bent niet alleen.’
Door Marijn Kerkhoven op basis van gesprek met Zara Huitema
TV werd in Nederland in 1951 geïntroduceerd, dat is nu 74 jaar geleden, ik heb dan dus respect voor jou Diederik, want dan ben je waarschijnlijk ongeveer 100 jaar oud, als je toen al zorgen had over de jeugd, die kennelijk dus 18 uur, de totale tijd per week dat er iets later in 1960 TV uitgezonden werd keken, of gold dat ook voor ouderen? Bovendien kwam Pleuni Touw pas in 1974 voor het eerst half naakt in beeld, of was er eerder ook al 'erotiek' (?) op de TV. Het geweld volgde natuurlijk in de serie Floris en later in de Kris Pusaka, in Q&Q. Ik ben benieuwd waar ik nu aan 'gewend' ben volgens jou. De werkdruk onder jongeren van nu, wordt lees ik dan ook niet veroorzaakt door zaken waar je werkdruk van zou kunnen krijgen, zoals werk, maar eerder door de verslaving aan allerlei bijzaken zoals social media die ze via hun GSM opgedrongen krijgen. Wel fijn dat je FOMO even toelicht. Het is mij ook al opgevallen dat de jeugd de weg naar school door al die werkdruk niet meer kan vinden, en dan al fietsend, fatbikend of op de achterbank, voortdurend op hun GSM moeten kijken om de weg te vinden :-) Ben wel blij dat het weer goed komt.
Ik bespeur vergelijkbare zorgen met de introductie van TV in Nederland. Dat was maar slecht voor kinderen. Ze zaten uren achter de buis. Ze zagen allemaal verkeerde dingen oa geweld en erotiek en speelden daardoor niet meer buiten. Daar zijn we nu aan gewend. En nu is de volgende grote verandering gaande. Ook dat komt wel weer goed.
Ik bespeur wel veel onrust doordat veel mensen last hebben van FOMO. Bang om iets leuks of iets leukers te missen. En dat levert ongetwijfeld veel spanning op.