Geluk is niet te koop. Geld maakt niet gelukkig, Als je maar gezond bent.
Spreekwoorden en zegswijzen over geluk, geld en gezondheid zijn er volop. Maar kan je geluk ook meten? Het CBS probeert sinds 2020 de ‘kwaliteit van leven’ in alle gemeenten van Nederland in kaart te brengen. Ze noemen dat Brede Welvaart.
Ze kijken bijvoorbeeld naar gezondheid, inkomen, schulden, werkloosheid, afstand tot OV, sociale contacten, tevredenheid, vrije tijd, maatschappelijke betrokkenheid, vrijwilligerswerk, vertrouwen in instituties, misdaadcijfers, fijnstof en de hoeveelheid bebouwd gebied versus natuur.
In totaal worden ruim 40 indicatoren gebruikt om de brede welvaart te meten. Dat zijn harde cijfers (inkomen, OV-afstand, misdaadcijfers), maar ook wat mensen vinden en denken (tevredenheid, vertrouwen, betrokkenheid) wordt meegenomen.
In Nederland is een patroon herkenbaar. In steden en ‘uithoeken van het land’ is die brede welvaart lager. Die uithoeken zijn het oosten van Groningen en Drenthe, het midden en zuiden van Limburg, Zeeuws-Vlaanderen en het westen van Noord-Brabant.
Uit de recent gepubliceerde regionale Monitor Brede Welvaart van het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) blijkt:
‘In deze regio’s is de materiële welvaart lager, de werkloosheid groter, de maatschappelijke betrokkenheid en het vertrouwen in anderen en instituties lager dan in gebieden met een hoge brede welvaart.’
Zaanstad laag
Zaanstad is stedelijk, dus ook daar een relatief lage brede welvaart. Dat geldt ook in onze regio voor Amsterdam, Almere, Den Helder en Velsen. In Bergen, Uitgeest, Castricum en Heiloo (BUCH-gemeenten) en Koggenland is het juist hoog. De rest van de Noord-Hollandse gemeenten – dus ook Oostzaan en Wormerland – zitten daar tussen in, een ‘gemiddelde’ brede welvaart zeg maar.
In minder stedelijke gemeenten is de brede welvaart hoger dan in middelgrote steden (minimaal 50.000 inwoners) zoals Zaanstad (zelfs ruim 160.000 inwoners):
‘In deze gemeenten wonen veel meer mensen met een lage sociaaleconomische status, die minder sociale contacten en een slechtere gezondheid hebben. Ook hebben inwoners van de grote steden meer last van stedelijke problemen, zoals meer geregistreerde misdrijven, hogere uitstoot van fijnstof, meer bebouwd gebied en minder natuur.’
Het CBS meet ruim 40 indicatoren. Zaanstad hoort in de groep gemeenten die bij relatief veel indicatoren onderaan de lijst staan. Bij 15 van de 40 scoort Zaanstad laag (Wormerland: 1; Oostzaan: 3). Bij slechts 3 indicatoren zit Zaanstad in de top (Wormerland 4, Oostzaan 6).
Door Piet Bakker op basis van nieuwsbericht CBS en uitleg regionale Brede Welvaart.