Deze keer zijn we voor de Fototijdreis naar Oostzaan gegaan waar aan het eind van de Watering ooit drie poldermolens stonden die het waterpeil van de polder Oostzaan regelden.
De tijd staat niet stil. Er wordt gebouwd en gesloopt, straten verdwijnen, nieuwe wijken verrijzen. Winkels gaan weg, bedrijven sluiten, groen maakt plaats voor nieuwbouw. De Zaanstreek is de afgelopen decennia sterk veranderd. De Orkaan brengt dat in beeld. Op één plek die in het verleden op de foto is gezet, maken we nu opnieuw ‘dezelfde’ foto. Zoek de verschillen…
De oude foto is afkomstig uit de beeldbank van de Zaansche Molen. Bert Versteeg maakte de eigentijdse foto en zorgde voor de achtergrondinformatie. Vandaag: de Barndegatter molens in Oostzaan.
Barndegatter molens
Voordat de drie poldermolens werden gebouwd, werd het waterpeil van de polder Oostzaan geregeld door sluisjes in de dijk, waarmee het overtollige water van de polder op `t Barndegat werd gespuid. Het Barndegat was ooit een meer, het Barndegatter Meer, dat na een dijkdoorbraak was ontstaan. Wanneer de sluisjes zijn gebouwd is onbekend, maar het zal rond 1600 zijn geweest.
Eén sluis was een duikersluis, waarmee het waterpeil van de 2.650 hectare grote polder Oostzaan werd geregeld. Dat ging op een heel eenvoudige manier: bij het eb, wanneer het peil te hoog was, werd de sluis geopend, en bij vloed ging hij weer dicht. Als de waterstand eerder op niveau was, ging de duikersluis natuurlijk eerder dicht.
De Barndegattersluis was van belang voor de Wormer beschuitbakkers, die de route door de polder veiliger vonden dan die via de Zaan. Met de teloorgang van de beschuithandel en het dichtslibben van het Barndegat verdween ook het belang van Barndegattersluis. Om scheepvaart van en naar het Oostzijderveld toch mogelijk te maken werd in 1714 de Hanenpadsluis aangelegd gebouwd.
Het Oorgat was een afwateringskanaal, parallel aan de Watering, waarop de molen het water loosde, waarna het gespuid werd op `t Barndegat. Toen bleek dat de molen het werk niet alleen aankon, werden in 1651 nog twee molens bijgeplaatst. Daarmee was er voldoende capaciteit om het water op peil te houden.
De drie molens werkten niet als een traditionele molendriegang, waarmee het water omhoog werd gemalen, maar ze werkte alle drie afzonderlijk. Bij een defect aan één van de drie molens kon de polder met de andere twee molens bemalen blijven worden, iets wat niet kan bij een molendriegang.
De molens werden in eerste instantie de Noorder-, Middel- en Zuidermolen genoemd, maar kregen later de namen Waker, Slaper en Dromer. De drie molens waren uitgerust met een scheprad. Deze schepraderen werden omstreeks 1850 vervangen door vijzels.
In 1905 besloot het polderbestuur om iets ten noorden van De Waker een dieselgemaal te bouwen. Deze werd op 1 augustus 1906 in gebruik genomen. De drie molens verdwenen niet meteen, maar werden nog een aantal jaren als reserve achter de hand gehouden.
De oudste molen was de Zuidermolen, die in 1631 werd gebouwd en later Waker werd. Deze molen werd, als eerste van de drie molens, in 1910 gesloopt. Nadat in 1913 het vermogen van het gemaal van 50 pk naar 90 pk werd verhoogd, betekende dit ook het einde voor De Dromer en De Slaper.
De Zuidermolen verdween niet helemaal. Grote delen van De Waker verhuisden naar Velp, waar hij als korenmolen Kouwe oord weer werd opgebouwd. De molen was daar een beltmolen, dat wil zeggen dat hij op een verhoging stond, en werd in 1939 onttakeld en vervolgens gesloopt. De stenen onderbouw, die 4 meter hoog is, is nog aanwezig.
In Oostzaan stond De Waker aan en ten oosten van de Watering direct ten zuiden van de Kolkweg (N516). De middelste molen, De Middelmolen of Slaper, die in 1651 was gebouwd, stond ook aan en ten oosten van de Watering tegenover de Zuidervaart.
Op 23 oktober 1878 werd de middelmolen getroffen door de bliksem, waarna hij in brand vloog en tot op de palen afbrandde. De Slaper werd voor F 15.385, – door de firma wed. G. Gras & Zn. herbouwd en deze tweede Slaper werd in juni 1914 gesloopt.
De Noordermolen of Dromer was ook in 1651 gebouwd. Op 12 november 1804 verbrandde de molen, maar werd weer herbouwd. Deze tweede molen werd ook in juni 1914 gesloopt. Hij stond aan en ten oosten van de Watering, ongeveer op de noordwestelijke hoek van industriegebied Ambacht.
Het dieselgemaal uit 1906 werd in 1966 vervangen door het huidige gemaal De Waker aan de Westkolkdijk en heeft 2 elektrische pompen, met een capaciteit van ieder 185 m3 per minuut.
Het voormalige, leeg gesloopte, dieselgemaal werd uiteindelijk in 2018 gesloopt. In Oostzaan zijn straten vernoemd naar de drie Barndegatter molens. Ook de Westkolkdijk en de Kolkweg verwijzen naar de bemaling van de polder Oostzaan.




Bekijk hier alle fototijdreizen.
Tekst en foto 2025: Bert Versteeg. Bronnen: Beeldbank Zaansche Molen, Molendatabase, 1100 Zaanse Molens en Zaanwiki