Het is vandaag de Dag van de Persvrijheid. Een soort Dierendag voor journalisten. Wereldwijd is die dag goed nieuws voor Nederland omdat we ver boven Afghanistan, Syrië en Rusland staan (op de vierde plek in de totaalrangschikking).

Goed nieuws dus. Maar wel nieuws met een rare bijsmaak. In maart van dit jaar kwam er een ‘onderzoek’ uit waarin hoofdredacteuren van papieren media (kranten en huis-aan-huisbladen) opriepen om de publieke omroep een kopje kleiner te maken, die concurreren namelijk met de kranten en hun websites. Persvrijheid en pluriformiteit is natuurlijk mooi, maar het moet niet te gek worden. Monopolie (zoals in Noord-Korea) is natuurlijk veel beter dan concurrentie (voor de monopolist dan natuurlijk). Officieel schrijven ze dat zo op:

“Publieke omroepen gaan steeds meer concurreren op internet. Zeker als zij zich ook gaan richten op langere reportages, interviews en reconstructies en die zijn gratis beschikbaar, dan vormt dat een bedreiging van ons voortbestaan en van de pluriformiteit”

Bij die ‘publieke omroepen’ hoort dus ook De Orkaan (volgens de mediawet zijn wij overigens ‘lokale publieke mediadiensten’), en als het aan de kranten ligt, moeten we stoppen met ‘reportages, interviews en reconstructies’. Leve de persvrijheid.

Ze trappen ook nog even richting de ‘gesubsidieerde lokale/streekomroepen’ (dat zijn wij dus). Dat ‘gesubsidieerde’ is grappig. In Nederland zijn twee grote krantenuitgevers: Mediahuis (o.a. uitgever van het Noordhollands Dagblad) en DPG. Het zijn Belgische uitgevers die met honderden miljoenen Belgische overheidssubsidie de Nederlandse kranten hebben opgekocht (ze betalen in België namelijk 0 procent btw en kregen ook jaarlijks € 175 miljoen subsidie voor de distributie). Met die opgepotte subsidies werden de Nederlandse uitgevers opgekocht. Ook van de Nederlandse overheid incasseren de kranten jaarlijks een forse subsidie: een btw-korting van 12 procent. Een sector die permanent aan het subsidie-infuus ligt dus. En dan zeiken dat anderen subsidie krijgen (voor alle lokale omroepen in 341 gemeenten samen stelt de overheid jaarlijks 13 miljoen ter beschikking – een schijntje in vergelijking tot wat de krantenuitgevers opsouperen – in 2024 is tijdelijk € 16 miljoen extra beschikbaar gekomen voor 80 lokale omroepen).

Maar volgens de kranten dreigt “door concurrentie van lokale/regionale omroepen de situatie te ontstaan dat er geen lokale/regionale krant meer kan blijven bestaan, waardoor nog maar één lokale nieuwsbron overblijft. Dat is slecht voor de lokale samenleving en funest voor het goed functioneren van de lokale democratie.”

Eén lokale ‘nieuwsbron’ vinden ze overigens wel okay, als ze het zelf maar zijn.

Dat nieuws op platformen als De Orkaan gratis is, staat ze ook niet aan: “De omroep wil sowieso alles gratis weggeven.” Wat ze wel willen is duidelijk: wie lokaal nieuws wil moet daar voor gaan betalen, aan de kranten (zo’n € 700 per jaar voor een volledig abonnement).

O ja, lokale publieke media zijn ook dieven: “lokale omroepen nemen regelmatig nieuws over van kranten.” (Wij zullen geen voorbeelden geven, maar wij maken vooral het omgekeerde mee.)

Welke hoofdredacteuren dat vinden, houden ze lekker anoniem. Er zijn 11 hoofdredacteuren van dagbladen ondervraagd en 28 van huis-aan-huisbladen. Dat laatste is natuurlijk ook grappig, huis-aan-huisbladen (althans die titels die wij kennen) bevatten helemaal geen nieuws dat op één of andere manier van belang is voor de lokale democratie, ze knippen en plakken persberichten in hun krantjes.

Persvrijheid? Kennelijk niet voor iedereen. Ik troost me met de gedachte dat er een speciale plek in de hel is voor journalisten die andere journalisten het leven zuur proberen te maken.

Door Piet Bakker. Bron: Onderzoek NDP, VillaMedia. Foto: Bas Sommeijer