Hoera de Zaanbrug is weer in gebruik, ook al is er maar een kant op, wanneer je met de auto bent. We kunnen er wel over naar familie in Wormer, maar niet weer terug. Geen probleem. Voordat er een brug was, moest iedereen met een veerbootje naar de overkant. De overgrootvader van mijn echtgenoot, Pieter Besse, zette je over. 

De stijlfout, ‘tante Betje’ genaamd, moet bij dat veer zijn ontstaan.

Hier zet men koffie en over de Zaan.’ 

De koffie werd genuttigd in herberg De Jonge Prins op de hoek van de Marktstraat. Ik was die naam ook vergeten, maar we vonden hem via Google terug onder ‘monumenten’.

Ik herinner me nog, dat Wormerveer in de jaren zeventig fijne kledingzaken kende. Bert van Dijk, de enige Zaanse modeontwerper streek er neer. Hij hield nu en dan een modeshow in Showboot van Joop van Enkhuizen. Ik trad er, als moderedactrice van De Typhoon, op als ladyspeaker. De jurk die ik aan had, kreeg ik met korting, want mijn salaris was niet toereikend voor couture, hoewel ik er regelmatig over schreef.

Vijftig jaar later wandelde ik met vriendinnen graag langs de Zaan: vanaf de Zaanse Schans, over de Kalverringdijk en langs de Bartelsluis naar Wormerveer en via de Gortershoek weer terug. We stonden altijd eerbiedig stil bij het huis van Herman Gorter. Een enkeling kende de eerste zinnen van zijn beroemde gedicht Mei nog uit het hoofd. Het staat in mijn boekenkast te midden van andere oude dichters. 

Mei
Een nieuwe lente en een nieuw geluid:
Ik wil dat dit lied klinkt als het gefluit,
Dat ik vaak hoorde voor een zomernacht,
In een oud stadje, langs de watergracht---

De ingebruikname van de Zaanbrug is een zakelijke gebeurtenis. Toch sta ik er zomaar even dromerig bij stil. 

Door Anneke van Dok. Foto Gemeentearchief Zaanstad: Herman Gorter, geboortehuis, 1989 (HH Hackmann).