‘De eerste keer afwassen zonder Ron, was ook zoiets, dat deden we altijd samen, wist je dat?’

Nee, dat wist ik niet. Ik kende Ron Swart omdat hij 112-foto’s maakte die De Orkaan mocht gebruiken. Zijn vrouw spreek ik omdat we weer een serie maken waarin fotografen in tien foto’s een beeld geven van het afgelopen jaar.

De foto’s van Ron horen daarbij, maar we kunnen het hem niet meer vragen. Hij stierf in september.

Vanuit zijn woonplaats werd hij in een klassieke brandweerwagen naar het crematorium in Zaandam gebracht. Een erehaag van collega-persmensen, hulpverleners, brandweermannen, politie, verkeersregelaars, ambulancemedewerkers, en meer, wachtte hem op.

De week voor het afscheid, was het parkeerdek van de DEKA in Wormerveer ingestort. Daar had Ron bij moeten zijn. Iedere nieuwsbrenger of hulpverlener voelde het, en wist dat ter plekke vertellen, maar het kon niet. Hij lag dood te zijn in Krommenie.

We missen hem, en het is natuurlijk ook nog maar veertien weken geleden. Steeds wanneer er in het Zaanse iets als een ongeval, brand, of inbraak plaatsvindt, komt Ron ter sprake. En soms vergeet ik dat hij weg is, dan begin ik te bellen of te appen om iets te vragen.

Ron Swart liet bij ons een gat achter, maar na het gesprek met zijn vrouw besef ik eens temeer, dat het verlies van zijn inzet op het gebied van verslaglegging in het niet valt bij wat zijn geliefde dagelijks kwijt is:

‘Ik waste af, hij droogde, al 38 jaar. Die eerste keer, toen hij er niet meer was, deed ik alles zelf. Toen ik klaar was, liep ik naar zijn pot met as: “Kom je er weer lekker vanaf, hè?”, zei ik tegen hem.’