Toen het puntje bij het paaltje kwam, steunden alleen POV en PVV de motie van wantrouwen tegen D66-wethouder Sanna Munnikendam.

Maar glansrijk was de ‘overwinning’ allerminst. De wethouder liep tijdens het debat schrammen op, niet alleen door wat er gezegd werd, maar vooral door wat er niet gezegd werd.

Behalve POV en PVV hadden ook SP, DZ, LZ en de PvdD grote moeite met het optreden en de dossiers van de wethouder cultuur die er laatste maanden na de VVD-crisis ook financiën bij moest doen. Maar zij vonden een motie van wantrouwen een ’te zwaar middel’ om hun ongenoegen kenbaar te maken.

De coalitie, inclusief de kersverse partner GroenLinks, hield de kaken stijf op elkaar. Niemand vond het kennelijk nodig de geplaagde wethouder te hulp te schieten.

Behalve bij de stemming dus. Want ook niemand leek er zin in te hebben Zaanstad opnieuw in een bestuurscrisis te storten, uitgerekend op de avond waar de coalitie werd gerepareerd door twee nieuwe wethouders van VVD en GroenLinks te installeren.

Optelsom

Voor Harrie van der Laan van de POV was het een optelsom. Hij verweet de wethouder de raad onvolledig geïnformeerd te hebben bij de ontwikkelingen rond het voormalige PTT-gebouw op de Krimp, teveel steken te hebben laten vallen bij de Zaanse Schans, de Monet-stichting geschoffeerd te hebben, de biomassacentrale er tegen beter weten in door te willen drukken, bij de afval-inzameling in Saendelft de bewoners tegen zich in het harnas te jagen, de beloftes over de hondenbelasting niet na te komen en haar verantwoordelijkheid niet te pakken bij het dossier over De Fabriek.

Peter van Haasen (PVV’) voegde daar nog de informatievoorziening over de voorgenomen aankoop van afvalcentrale AEB en de financiële onderbouwing van de Sail 2020-plannen aan toe: “er gaat van alles fout, en niet een beetje fout”.

Beterschap

Jos Kerkhoven (DZ), Marianne de Boer (LZ), Melchior Mattens (PvdD) en Patrick Zoomermeijer (SP) steunden de motie niet maar begrepen de klachten wel. Munnikendam moest echt beterschap beloven.

Dat deed de wethouder op een nogal bescheiden manier (‘zwak’ volgens Van der Laan). Ze werkte er heel hard aan om “de stad (?) mooier te maken”. Maar, zo hield de de raad voor, “het is veel en het gaat niet altijd even goed, ik ga mijn best doen om ervoor te zorgen dat dat beter wordt”.

Van der Laan beloofde de wethouder in de gaten te gaan houden. Dat geldt vooral de twee grote dossiers waarbij er nog van alles mis kan gaan: Museum Holland en de Zaanse Schans.

Museum Holland

Bij Museum Holland moet de ontknoping nog komen. Van der Laan stelde dat er officieel nog niks bekend is en dat er zogenaamd nog zeven locaties onderzocht worden maar dat er in feite al lang voorgesorteerd is op een nieuw museum in het voormalige PTT-gebouw aan ’t Krimp in Zaandam. De informatievoorziening over het al dan niet aankopen van het pand deugde volgens hem niet.

Over deze affaire (coalitieakkoord: “We zetten in op een extra museum in het centrum van Zaandam”) zijn al diverse onderzoeken, verkenningen en bidbooks aangekondigd waarvan alleen het onderzoek over de grote Monet-tentoonstelling (die er niet komt) openbaar is gemaakt. Wordt vervolgd dus… voor het eind van dit jaar.

Zaanse Schans

Het tweede grote dossier betreft de Zaanse Schans. De wethouder heeft haar verantwoordelijkheid niet genomen volgens Van der Laan terwijl de financiële onderbouwing van de retributie een rommeltje was. Dat laatste klopt, de presentatie voor de stakeholders was tenenkrommend en de wethouder heeft zelf al toegegeven dat de inschatting van de opbrengsten veel te hoog was. Ook de belangrijkste aanbeveling van Johan Remkes: een ander bestuursmodel, is tot dusver niet opgevolgd.

Dat Munnikendam in maart van dit jaar nog volhield dat de verschillende partijen op de Zaanse Schans het voor 99 procent met elkaar eens waren, mag als bewijs gelden dat ze destijds niet echt bovenop het dossier zat. Ze heeft tot april 2020 de tijd om orde op zaken te stellen. Dan moeten er stappen gemaakt zijn bij de Zaanse Schans.