Toevallig zag ik er van de week nog een overvliegen in de stad, een prachtige slechtvalk. Niet alleen deze roofvogel, maar ook andere soorten worden steeds vaker in de stad waargenomen. Maar waarom is juist de stad zo aantrekkelijk voor deze dieren?

Roofvogels

Ook in Zaanstad worden verschillende roofvogels regelmatig waargenomen. Een voorbeeld van een echte stadsjager is de sperwer. Een relatief kleine roofvogel met korte, brede vleugels. Deze combinatie zorgt ervoor dat de sperwer heel behendig is in de lucht. Met name in dichte gebieden zoals bossen maar dus ook in tuinen binnen de stad. En juist in tuinen komen veel zangvogeltjes voor, waar wij zelf ook voor zorgen door ze te voeren en nestgelegenheid aan te bieden. En laat zangvogeltjes nou net de belangrijkste prooi zijn voor de sperwer. Niet gek om deze roofvogel dus op de schutting aan te treffen!

Er zijn onderzoeken geweest die zeggen dat sperwers het nu beter doen in de stad dan in het bos. Maar dit zou mede komen doordat de havik, een roofvogel die erg op de sperwer lijkt maar een stuk groter is, het goed doet in het bos waardoor ze de sperwer daar verdringen. Al moet ik er ook bij zeggen dat ik de havik zelfs al in Zaanstad heb waargenomen, die achter een halsbandparkiet aan zat. Kortom, de omstandigheden in de stad zijn blijkbaar aantrekkelijk voor roofvogels waardoor ze hier steeds vaker waargenomen worden.

De stad als habitat

Stedelijk gebied is voor dieren te vergelijken met een rotslandschap. Soorten die normaal op hoogte broeden, zoals de gierzwaluw, hebben door de gebouwen veel broedplekken. Maar dit geldt ook voor de slechtvalk: een grote soort valk die zijn prooien vangt met een razendsnelle duikvlucht. Van oorsprong broedt deze roofvogel op kliffen waar ze hun eieren in rotswanden leggen. Sinds de opkomst van de steden is de slechtvalk er veel op vooruitgegaan. Bijna overal ter wereld komt de soort nu voor. Hij maakt gebruik van hoge gebouwen als nestplaats, ook in Nederland. In grote steden als Amsterdam, Rotterdam en Utrecht zijn het al iconische soorten die elk jaar weer een broedsel hebben op de bekende gebouwen.

Niet alleen gebouwen zijn hoog genoeg, maar in Zaanstad is er dit jaar een broedsel geweest op een hoogspanningsmast, met succes! Het is wachten tot ze ook meer in de stad gezien zullen worden. Als het erop lijkt dat een slechtvalk naar een nestplaats zoekt, worden ze regelmatig geholpen door een grote nestkast op een hoog gebouw te zetten. Die wordt dan vaak gelijk in gebruik genomen. Misschien een idee voor een van de hoge gebouwen in de Zaanstreek!