‘Een rots in de branding’ zegt oud-Typhoon-collega Bart van der Laan, ‘dat is het eerste dat in me opkomt. Een grote meneer.’ 

Afgelopen woensdag 4 oktober is Ger van Dongen op 85-jarige leeftijd overleden. Ger werkte bijna 40 jaar bij De Typhoon en het Dagblad Zaanstreek/Noordhollands Dagblad, de fusiekrant van Zaanlander en Typhoon.

Ger was een indrukwekkend heerschap. Toen De Typhoon 25 jaar verdwenen was uit de Zaanstreek besteedden we daar extra aandacht aan. Verschillende mensen schreven stukjes over hun tijd bij de krant en daarin kwam de naam van Ger dikwijls voorbij. 

Vandaag vroegen we oud-collega’s en bekenden naar hun herinnering aan hem. 

Bart van der Laan is dankbaar voor wat Ger betekende: 

‘Ger kreeg vertrouwen en hij gaf het. Ik was vormgever, maar hij gaf me de kans te schrijven. We waren een middagkrant en het was vaak hectisch in de ochtend. Ger behield het overzicht. Hij bepaalde meestal als chef wat de opening – grootste kop, bovenin – moest worden. Daarna ging die naar een eindredacteur. Het kwam voor dat die (hij of zij) liet weten het eigenlijk geen opening te vinden. Dan vroeg Ger steevast: weet jij een betere? Dan was altijd het antwoord: nee. En dan Ger onderkoeld, voor de zoveelste keer: dan is dit de opening. En door gingen we weer…

Onderkoeld. Dat was ook een mooie eigenschap toen begin jaren ’90 de fusies en overnames kwamen. Een onzekere tijd waarin hij bleef staan voor de mensen. Hij pakte zelf de telefoon om het hoofdkantoor in Alkmaar te bellen: ‘We hebben hier ook nog Bart van der Laan’. Daar was ik hem dankbaar voor. Ger was echt betrokken, hij kende privéomstandigheden, hield rekening met je en we hebben verschillende collega’s helpen verhuizen. Ook was hij verschrikkelijk plichtsgetrouw: als anderen op vrijdag na een lange week een biertje gingen halen, begon hij aan zijn rubriek ’25 jaar geleden’. Er zijn zoveel goede herinneringen, het werd een vriendschap, dat kan ik wel zeggen.’ 

Piet van Tellingen maakte hem mee op ZCFC:

‘Ger was principieel, punctueel en geheelonthouder. En hij had een goed schot in de benen. Het verhaal gaat dat hij geselecteerd was voor het Noord-Hollandse team, maar hij speelde echt alleen op zaterdag. Ome Gerrit Pos, een van de oprichters van ZCFC was zijn schoonvader. Hij zat een tijdje in het bestuur van ZCFC en als de vergadering te lang duurde ging hij languit op de grond liggen: ‘even een dutje doen’.’

Wendy Kind leerde Ger kennen tijdens de Typhoonjaren (1982-1987) waarin hij haar redactiechef was: 

‘Hij was absoluut van de gezelligheid en grapjes en de plagerijtjes, maar het maken van een mooie krant ging altijd voor. Als je wat te lang stond te lanterfanten met een collega, kon hij met een semi-grijns-semi-serieus gezicht zeggen: “Zeg, vriendelijke vriend/vriendin. D’r moet straks wel een krant komen, he.”

In die jaren kreeg ik snel in de gaten dat Ger in de Zaanstreek alles en iedereen kende, zeker als het bedrijven betrof. Dat stamde uit zijn tijd dat hij de industriepagina deed. Ger was met zijn kennis en contacten goud voor de krant, bedacht ik later.

Nadien – we hadden de laatste jaren tot mijn genoegen weer wat nauwer contact – zijn er nog heel veel Zaankanters bijgekomen maar het lijkt wel of Ger ze allemaal kende. “Die is er een van die, wist je dat? En die zijn broer heeft toen nog…. Maar ja, toen kwam de buurman en die zei…… Nou ja, en dáár is dus dat en dat uit voortgekomen. Tot in 1971….” Enfin.

Ger was een zeer, zeer onderhoudend en vermakelijk spreker, de man van de mooie verhalen (onder andere over zijn behoorlijk indrukwekkende sportverleden) en de grappige anekdotes (veel uit de Typhoontijd) waar hij zelf ook altijd smakelijk om meelachte. Ik hing dan aan zijn lippen.

Enorm lief en geïnteresseerd, was Ger. Vroeg altijd naar oud-collega’s (die hij vaak zelf eigenlijk beter kende), de kinderen, de ouders. Hij onthield zeer scherp wat er ook weer met wie in je eigen kring aan de hand was.

Dat typeert Ger voor mij: betrokken en lief, belezen en geïnteresseerd en dat allemaal met humor en gastvrijheid. Dat ga ik erg missen.’

Piet Bakker werkte met Ger bij De Typhoon en het contact bleef: 

‘Mijn sollicitatiegesprek bij de Typhoon met Klaas Pot en Toon Olij duurde kort. Als ik beloofde namen en adressen goed te spellen, kon ik aan de gang als correspondent. Na een tijdje leerde ik Ger van Dongen kennen die vooral rust zat uit te stralen achter zijn typemachine. Nadien struikelde ik zo af en toe over Ger, bij het afscheid van het Typhoongebouw bijvoorbeeld of gewoon in de Zaanbocht. Wel gepensioneerd, maar geen stilzitter. Journalistiek bleef zijn liefde. Ook ontpopte Ger zich als Orkaan-tipgever: “Al gemeld dat de winkel/showroom van fauteuilbedrijf Prominent in de Westzijde leeg staat? (2018), “Het markante café De Visser op de grens van Wormerveer en Krommenie (bij de brug over de N’vaart wordt gesloopt.” (2019), “Jaap de Berg levert morgen zijn 6000e kruiswoordraadsel af in Trouw. Jaap woont in Wormerveer.” (2021). En als laatste: “dat stuk rijwielpad in Krommenie dat zonne-energie zou opwekken, wordt daar nog iets mee gedaan? De ophef van destijds lijkt vervluchtigd.” (januari 2023). In 2023 kwam er slecht nieuws: “Ik lig vanaf juni in het ziekenhuis”. Geen tips meer van Ger. Helaas.’ 

Jos Lap leerde Ger kennen op een bijzonder moment:

‘Hij was redactiechef bij de Typhoon en ik bij De Zaanlander toen Damiate waartoe de Typhoon behoorde en het Noordhollands Dagblad waar mijn krant onderdeel van was besloten samen verder te gaan. Ger en ik kregen de opdracht om van twee Zaanse redacties die altijd elkaars concurrent waren er één te maken. We spraken een aantal keer af in Huis te Zaanen in Wormerveer om een draaiboek te maken waarin van alles aan de orde kwam zoals werkschema’s, taakverdeling en roosters. Voor de redacteuren en de lezers van de Typhoon betekende het bovendien dat de nieuwe krant niet meer in de middag maar ’s ochtend zou verschijnen. Al met al een forse operatie waarbij ik Ger heb leren kennen als een heel fijne collega. Nuchter, zakelijk, niet zeuren en met veel humor. En altijd tijd voor een gesprek met collega’s of medewerkers die nog moeite hadden met de fusie of iets anders kwijt wilde. Op zaterdag 15 februari 1992 verscheen de eerste editie van Dagblad Zaanstreek, een product van twee op de vrijdag ervoor samengevoegde redacties. Ger en ik hebben de editie samen nog een tijd geleid en dat was niet eenvoudig. Maar we verstonden elkaar uitstekend, hadden al snel aan een half woord genoeg. Ik herinnerde me nog zijn grote verontwaardiging – in het tv-journaal – toen bekend werd dat de kranten samen zouden gaan. Des te meer bewonderde ik zijn wil om, toen het eenmaal zover was, er samen iets van te maken.’

Lars Meiners, oud-hoofdredacteur van De Typhoon, over de extra mile van Ger:

Ik kan alles over Ger zeggen wat anderen ook naar voren brengen. Maar ik pik er 1 gebeurtenis uit. Toen ik als hoofdredacteur besloot mee te doen aan de Typhoon-loop, en ik al snel amechtig op de laatste plaats voor de bezemwagen uit strompelde, was Ger aan mijn zijde. Gefrustreerd omdat hij door een blessure zelf niet kon meedoen. Gedreven om dat uit z’n hoofd te zetten en mij in de laatste vijf kilometers op z’n fiets te begeleiden. Hij voerde me snoepjes, bemoedigde me door de resterende afstand korter aan me door te geven dan-ie was, en hij liet me voorgaan over de finishlijn. Ger was voor niemand ‘alleen maar’ een collega. Hij ging per definitie – in dit geval letterlijk – the extra mile.

Martin Rep werkte bij die andere krant. Hij roept GVD: 

‘Vloeken mocht bij ons thuis – gereformeerd gezin – absoluut niet. De bastaardvloek GVD mocht dus ook niet, maar als iemand toch een vinger tussen de deur had gekregen en keihard ‘GVD’ riep, vertaalden we dat meteen met ‘Gerrie Van Dongen!’ Gerrie was een vriend van mijn oudste broer Simon, ze fietsten samen naar het Zaanlands Lyceum: Gerrie vanuit Zaandijk, Simon vanaf Koog aan de Zaan. Onlangs had ik in verband met mijn boek over Piet Kruiver mailcontact met Gerrie, die ik zelf alleen kende als journalist van de concurrent: hij van De Typhoon, ik van De Zaanlander. Nee, hij had op straat nooit partijtjes tegen Piet gevoetbald, daarvoor was de afstand Zaandijk – Koog zeker net te groot. Ter compensatie stuurde hij me een foto van de derde klas 1947 van de christelijke lagere school aan de Stationsstraat in Koog, waarop hij samen met Siem te zien is. Hij leverde zelf het bijschrift.

Bovenaan: ??? Johan Spaander, Gerard (Flip) Wakker, Henk Prins, Jelle Weerstand, Klaas Kleijn, Piet van der Blom. Tweede rij: Hoofd der school meester Van Daalen, Hans van Burken, Rob Ephraïm, Jaap Schot, Dirk Spaander, Gerrie van Dongen, Piet de Vries, Fokke Gnodde, Cor Snel, juf Neeltje Brons. Derde rij: Rie Hoeve, Arjan Schoone, Riek Ruiter, Magda Slegers, Dini Kuijper, Tini van Renswouw, Rie Kruiver, Ans van Betlehem, Jopie Woldhuis. Vierde rij: Lodie Schot, ?? de Cler, Johanna Schouten, Johanna Hoekstra, Map Zemel, Cobie van den Berg, Tillie Gerssen, Anton de Koekoek, Siem Rep. Onderste rij: Roel de Groot, Jaap Broer, Siem Prins, Wim Kelder, Jan Corsel en Adri Swartsenburg.

Winnie de Wit koesterde het contact:

‘Ger was enorm in mensen geïnteresseerd. Hij was altijd goed op de hoogte van het wel en wee van collega’s, en niet alleen van de redacteuren, maar van iedereen in het Typhoon-gebouw.

Hij was als chef geliefd: duidelijk en veelal met iets van humor erbij. Toen hij op een gegeven moment op het hoofdkantoor in Alkmaar moest gaan werken, kreeg hij daar – principieel mens als hij was – een akelig arbeidsconflict. Zeer onverdiend, maar hij was Zaans direct en duidelijk tegen iedereen, welke rang of stand je ook had.

De humor van Ger was Zaans, droog en raak – en in mijn optiek onovertroffen. Als import uit een Amsterdams gezin, waar de ondertoon altijd serieus was, en waarin humor hooguit iets oubolligs was – moest ik daar enorm aan wennen. Leren dat serieus nemen dus helemaal de bedoeling niet was! We hebben gelukkig altijd contact gehouden, en dat is iets om heel dankbaar voor te zijn. Die bijzondere, lieve Ger zullen wij enorm gaan missen.’

Gerhard Stavenuiter bewonderde zijn oude collega:

‘Ik herinner me nog wel een voorbeeld van zijn principes: hij weigerde ooit de uitnodiging voor het eindejaarsdiner van directie en kader, omdat diezelfde directie eerder had gemopperd over de kosten van de broodjes die traditioneel op vrijdagavond werden besteld voor de redactie. En het feit dat hij ooit bij De Typhoon begonnen was op de advertentieafdeling. Dat kon toen nog…

Zijn Zaanse Industrie-pagina werd alom geprezen en later met Klaas Pot op de eindredactie vormde hij een ijzersterk duo, dat ervoor zorgde dat de krant aan de journalistieke normen voldeed. 

Een echte Zaankanter, wars van opschepperij, naast je schoenen lopen en ijdelheid. En een echte familieman. Iep en de kinderen stonden voorop.’

Jan Lapere zegt dat er met Ger van Dongen een bijzonder mens is heen gegaan. Hij gaat hem missen.:

Zoals Ger van Dongen was, was er maar één. Hij was altijd recht door zee en zei altijd waar het op stond. Zonder aanziens des persoons. Zo belde hij vlak na de fusie met het Noordhollands Dagblad directeur Van der Chijs op met de opmerking dat de overlijdensadvertenties uit Enkhuizen ook in Dagblad Zaanstreek geplaatst werden: “Wat moeten Zaankanters nou met overledenen uit Enkhuizen?” Een opmerking die hem niet in dank werd afgenomen.

Aan de hoge heren in Alkmaar had hij een broertje dood.

Ook zijn humor was bijzonder. Nauwelijks te omschrijven, maar hij kon mensen met een simpele omschrijving typeren. Zo omschreef hij onze zoon van vier, die we wel eens meenamen naar een receptie “Zo hebben jullie dat kaas- en worstmonster ook meegenomen?”

Ger gaf Henk Borst rustige zekerheid:

”Eén ingezonden brief houdt meestal in, dat twintig mensen die ook hadden willen sturen.’ Een van de vuistregels waarmee Ger van Dongen de benaderbaarheid voor lezers als kwaliteit van de krant benadrukte. ‘Maar ja: gaan zitten, opschrijven, postzegel, op de post doen: het komt er niet altijd van.’ Hij zei het niet als eerste, maar zoals Ger dat zei, hoorde je het en bleef het je bij. Ietwat dringend, geen stress. Kwam je op vrijdagavond van een wat langer durende uitvoering een recensie voor de zaterdagochtend-Typhoon schrijven, dan waren soms alleen nog een opmaker en Ger-in-avonddienst aanwezig. Nooit gestress, of ‘schiet je al een beetje op?’ Een bepaalde rustige zekerheid: Ger heeft het overzicht, ga maar je stukje schrijven.

Een redactie, ondergedompeld in het gedoe van al die Zaankanters en een krant die op afstand gedrukt werd, moest op momenten worden uitgetild boven dat gedoe, door humor of een droge relativerende opmerking – vaak van Ger. Ook die opmerkelijke dingen waar je soms bij hem op stuitte. ‘Koot? Bie? Nee, nooit gezien, ik heb op zondag andere dingen te doen.’ Of de vraag naar welke kerk je ging. ‘Niet, geen kerk? O, dus jij bent een heiden.’ Monter, positief. Had rond 1990 momenten van weemoed: ‘We hebben hier vrijdagavonden gehad voor extra pagina’s en alles, met happen van boven de 200 gulden.’ (De ‘hap’: lunchroom Broodje van Dick bracht voor iedere aanwezige iets te eten.) Nog deze van Ger, met knipoog: ‘Zeg, vriend – want zo mag ik je toch wel noemen’. Ger gaf mij het gevoel dat hij me zag voor wat ik was, en dat zullen heel veel mensen zo hebben gevoeld. Dag Ger.’

Achterste rij staand: Marcel Vermeulen, Jan Lapère, Jeroen Dirks, Han Lieshout, Patrick van den Hurk, stand-in (zie commnets), Bart van der Laan, Fred van Gelderen, Gerhard Stavenuiter, Cor Visser. Rij daarvoor: Rob Swart, Agnes Stroobach, Wendy Kind, Ina Boon, Carla Vos (zie comments), Lars Meiners, Marc Teeboom, Henk Borst, Nico Hovenier (zie comments), Ed Blaauw, Albert Meester, Marjolein Voorberg. Zittend: Stella van Zanten, Winnie de Wit, Wim Swart, Annie van Zanten, Nel Scholtz, Renske Visser, Ger van Dongen, Jan Zonjee en Marijke Vreeken.

Afscheid

Condoleren is mogelijk op woensdagavond 11 oktober van 19.30 uur tot 20.15 uur in de Protestantse kerk aan het Noordeinde 20 in Wormerveer.

De dankdienst is op donderdag 12 oktober om 10.30 uur in dezelfde kerk. Daarvoor, van 9.45 uur tot 10.15 uur, is gelegenheid tot condoleren in de kosterij van de kerk. Aansluitend zal Ger naar zijn laatste rustplaats op begraafplaats Noord aan de Noordsterweg in Wormerveer worden gebracht.

Door Merel Kan, Piet Bakker. Foto’s via Martin Rep en van Winnie de Wit (redactie 1986 – de foto boven is een uitsnede van die laatste foto.)